Zitting 8 december strafproces uitgesteld naar 20 april

Het Hof van Justitie heeft zojuist besloten dat de rechtszitting over het beroep het Openbaar Ministerie verdaagd wordt naar 20 april. De Raadkamer wordt gevormd door de rechters Dinesh Sewrattan, Anand Charan en Dennis Kamperveen. Nadat het Openbaar Ministerie en de advocaten aan het woord zijn gekomen, werd de zitting geschorst opdat de rechters overleg met elkaar konden plegen. Hierna werd aangegeven dat de zaak op 20 april verder gaat. Drie verdachten die niet opgeroepen waren vandaag, moeten dan hun zienswijze geven.

Procureur-generaal (pg) Roy Baidjnath Panday is in beroep gegaan tegen het besluit van de Krijgsraad om het 8 december strafzaak voort te zetten. De auditeur-militair, Roy Elgin, werd door de Krijgsraad op 30 januari gevraagd gelijk te beginnen met zijn requisitoir. Hij vroeg toen uitstel. Op 9 februari werd de zitting verdaagd om het oordeel van het Hof van Justitie af te wachten, want intussen had de pg beroep aangetekend.

Op de zitting van het Hof vandaag, die ook toegankelijk was voor advocaten, verdachten en de schrijvende pers, heeft de pg het beroep dat aangetekend is, toegelicht. Hij bracht onder andere in dat de regering op basis van artikel 148 in de grondwet opgedragen heeft de vervolging onmiddellijk te beëindigen. Het 8 decemberstrafzaak is echter niet stopgezet door de Krijgsraad. Op grond hiervan is in beroep gegaan bij het Hof van Justitie. De pg vraagt om vernietiging van het besluit van het Hof van Justitie.

De advocaten van de verdachten hebben hun standpunt ook toegelicht. Irvin Kanhai, raadsman van Desi Bouterse en diverse andere verdachten, pleitte voor stopzetting van de zaak onder aanvoering dat de grondwet het hoogste orgaan is. Deze staat boven het Wetboek van Strafvordering waarin de gronden van stopzetting van een strafzaak zijn aangegeven. Op Gerold Sewcharan na, die Edgar Ritfeld bijstaat, vroegen alle advocaten om de zaak te beëindigen. Sewcharan wil voortzetting van het proces. Hij vroeg het Hof om de vordering van het Openbaar Ministerie af te wijzen. Ook Ruben Rozendaal, die geen advocaat heeft, pleitte voor voortzetting van het proces. In een emotionele betoog zei hij dat hij zijn naam gezuiverd wil hebben.