Verdachte gehoord in moordzaak Noordwijk
02 Mar 2017, 18:54
foto


Jurgen L. wordt medeplichtigheid aan gekwalificeerde doodslag en diefstal middels geweld verweten. Op de rechtszitting vandaag is de verdachte gehoord door kantonrechter Siegline Wijnhard. Bij de beroving aan de Condorstraat lieten een van de rovers, Delfinus Tooy, en de benadeelde John Noordwijk het leven. Dit gebeurde op 25 december van het afgelopen jaar.

Jurgen L. verklaarde dat hij gebeld werd rond 00.30 op die bewuste dag door Tooy om een taxirit te rijden naar Paramaribo-noord. Hij gaf aan dat hij een diefstal zou plegen. De verdachte zei dat hij die mededeling als een grap zag, omdat hij Tooy niet zo kende. Na een uur haalde hij Tooy en nog een andere man op te Latour. Hij zette ze af in Parmaribo-noord langs de straat. Daarna hadden ze afgesproken dat hij gebeld zou worden om af te halen.

De verdachte besloot iets te gaan drinken in een bar met een andere vriend. Het telefoontje bleef uit en hij belde een keer om te checken of ze nog een rit nodig hadden. Het was al vijf uur in de ochtend en hij vertrok toen naar huis. Volgens de verdachte heeft hij geen betrokkenheid gehad in de beroving.

Wijnhard confronteerde de man met de telefoonuitdraai waaruit blijkt dat hij frequent contact met de verdachte op die bewuste avond had. Het was echt niet maar een keertje. Ook confronteerde zij hem met verklaringen die hij afgelegd had bij de politie. Daar had hij aanwijzingen gedaan ter plekke waar er een inbraak was gepleegd door Tooy en een zekere ‘Dagu’. Hij had de beroving in details uitgelegd. Ook hier had hij hen afgezet en weer opgehaald. Voor de ritten had hij SRD 1000 ontvangen van Tooy. De kantonrechter wees hem op de feiten en vroeg hem hoe hij nog in een grap kon geloven, aangezien hij al ervaring met hen had. Jurgen L. beweerde dat hij die aanwijzingen verzonnen had. De rechter hield hem de kleine details voor die hij aan de politie doorgespeeld had. Die konden volgens haar niet verzonnen zijn.

Officier van justitie, Claudia Bruining, vroeg de verdachte waarom hij zijn telefoonnummer, zijn chip, weggegooid had indien hij niets met de beroving te maken had. Wijnhard hield de verdachte voor dat hij een substantieel aandeel in deze zaak heeft. Had hij die taxirit niet gereden dan waren die twee mensen misschien nog in leven. Deze zaak zal op 6 april verder behandeld worden.

Wanita Ramnath
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May