Venezuela sluit grens om maffia te vernietigen

Venezuela heeft de grens met Colombia voor 72 uur gesloten. Het is de nieuwste maatregel om de smokkel bendes te bestrijden. President Nicolas Maduro zegt dat de 'maffia' die actief zijn in de grensgebieden enorme schade aan de economie toebrengt.

Veel items die de Venezolaanse socialistische regering subsidieert, waaronder diesel en benzine, worden tegen een enorme winst verkocht over de grens in Colombia. President Maduro heeft zondag aangekondigd dat hij het hoogste denominatie bankbiljet van het land uit de omloop zal halen. Volgens het staatshoofd zal deze stap bendes stoppen die de munt hamsteren.

"Laten we de maffia vernietigen voordat de maffia ons land en onze economie vernietigt", zei hij op de nationale televisie. "Deze maatregel was onvermijdelijk, het was nodig", heeft hij eraan toegevoegd. "De maffia zal failliet gaan."

In augustus 2015 heeft Venezuela de meeste grensovergangen met Colombia gesloten. Een jaar later werd de grens gedeeltelijk heropend. Vorig jaar had de Colombiaanse regering geklaagd dat zij niet was geraadpleegd of op de hoogte was gesteld. Uiteindelijk bereikten beide partijen een akkoord om samen te werken bij de aanpak van criminaliteit en smokkel langs de 2,200km lange grens.

De maatregel veroorzaakt enorme verstoring voor de mensen die wonen en werken in steden in de grensregio. Deze keer, heeft Maduro gezegd dat de grens na 72 uur – zodra de 100-bolivar biljetten niet langer geldig zijn -, zou worden heropend.
Uit gegevens van de Centrale Bank blijkt dat er meer dan zes miljard 100-bolivar biljetten in omloop zijn, samen bijna de helft van alle valuta. Venezolanen hebben tien dagen om hun 100-bolivar biljetten te ruilen voor munten en nieuwe coupures. De inruil kan alleen bij de Centrale Bank.

In India heeft een soortgelijke actie vorige maand geleid tot grote verstoringen. Premier Narendra Modi heeft de hoge coupures in zijn land van de een op de andere dag waardeloos verklaard.

President Maduro heeft aangegeven dat bendes meer dan 300 miljard bolivar -de meeste daarvan in 100-bolivar biljetten- heeft opgeslagen. Er zouden volgens het staatshoofd hele pakhuizen vol met 100-bolivar biljetten zijn in de Colombiaanse steden Cucuta, Cartagena, Maicao en Buaramanga".