Politieke Borrelpraat (PBR) deel 25
19 Dec 2010, 11:10
foto


“Heren, heren, wat een week, mannen waren na elkaar hotline in het nieuws.”
“Ai jongoe, dan steekt eentje een ander dood.”
“Poti, die is aan de Waterkant van kant gemaakt, kant en klaar.”
“De alcohol doet je weer gekke rijmpjes maken.”
“Dan schiet eentje een ander dood bij een nachtclub.”
“Hij kwam op voor z’n broertje.”
“Die heeft nu geen broertje dood, maar weer een broer dood.”
“Wat een toestand, wat een drama, ongelooflijk!”
“Dan rijdt een ander zodanig hard dat hij een inrit invliegt, de straat weer opvliegt en de wagen uitvliegt en op straat terechtkomt, klarie.”
“Had hij z’n veiligheidsriem aan?”
“Z’n bijrijder zo te zien wel, want die kwam er met enkele schrammen vanaf.”
“M’n moeder zei altijd: n’a mofo jari. Dan moesten we binnen blijven.”
“Gewoon bijgeloof; het is gewoon drukker op straat vanwege de feestdagen, dus meer kans op ongelukken.”
“En er wordt meer gezopen, dus meer kans op vechtpartijen.”
“Dan vliegt een andere de regering uit; wat een gedoe daar op dat grondig ministerie.”
“Mi loekoe wan interview f’a ex-minister dati; dat was erg emotioneel.”
“Volgens mij is hij er inderdaad ingeluisd.”
“Bijna mi kree, heren, een rondje voor de ex-minister.”
“Hij kwam, hij zag rotsooi, hij wilde opruimen en hij moest gaan.”
“Maar je ziet hoe het hier in die regionen toegaat: hij heeft een aantal ongeschreven politieke wetten in korte tijd overtreden.”
“Wakte, wat bedoel je, hij wilde z’n partner toch grond geven?”
“Hij heeft neks fout gedaan; de stukken zijn door een Vlijtige man van ministers partner ingediend, met ook vlijtige eigen aanvragen van uitgebost bos, snel-snel, haastig opgemaakt en meteen lekt de aanvraag naar de pers uit, zo toevallig, en wordt meteen druk op Martinus uitgeoefend om af te treden.”
“Maar die goeie man wist volgens mij inderdaad van niets.”
“Maar zijn gelovige partner wist wel van iets, maar had wel grapjes gemaakt als ze bij hem op kantoor kwam: Minister, heb je een grondje voor mij, fo m’n ouwe dag, voor ons bijtjes om wat te planten, kom no, ministertje van me.”
“Eh, spot niet met deze zaak, het is ernstig, die man z’n hele gezin is uit elkaar.”
“Hij is elders gegaan, want hij zegt zelf in dat interview dat anders de emoties bij hem zouden gaan oplaaien.”
“Juist hij die integer probeerde te zijn.”
“Juist die is een sta-in-de-weg fo de niet-integeren.”
“Maar Jules, zeg even, welke politieke regels heeft Martinus als minister overtreden?”
“Rule number one: Laat de voorzitter van je partij niet in de gang van je kantoor wachten alshij wat ‘grondige tories’ komt bespreken. Ontvang hem meteen, buig, lach, slijm, beloof hem dat je al z’n tories snel gaat regelen, schenk je beste sopie voor hem in, geef hem een Havanasigaar om te roken, praat over de partij en hoe goed en geweldig hij als voorzitter is en laat hem dan tevreden gaan.”
“Tjeezis, ik krijg er een vieze smaak van in m’n mond; je reinste patronagepolitiek uit de vijftiende eeuw.”
“Nou, Martinus deed dit dus niet en die ouwe ging toen klagen bij de Mega-baas; die zei:’Laat die jongen, hij ruimt die beerput van z’n voorganger en diens voorzitter op.”
“Maar die zit intussen ook in de coalitie.”
“Waarom denk je?”
“Oooooh, om z’n gevestigde grondbelangen te beschermen en dan worden die door een ijverig ministertje bedreigd.”
“En dat is rule number two: Tast geen grote belangen aan. Pak kleine dieven, maar laat de grote boys met rust.”
“Ja toch, dat gedoe met al die stichtingen Diek-in, Piek-in, Kiek-in, Tik-ing, die onder de vorige regering al die lappen grond hebben gekregen. Dankzij Martinus boste de bom in Nickertie: Roep die Ja.”
“Wat bedoel je nou?”
“Vertaal die eerste twee woorden in het Sranan.”
“Kaar’a Ja? Ooooh, jaaa, mang, maar je praat net zo cryptisch als die Ronald van je.”
“Ronald zegt dat hij kon sturen, net zo goed als de chauffeur. Maar, als hij het mag proberen, weet je wat er dan gebeurt?”
“Bam, een kar ondersteboven.”
“Klap! Een hond dood!”
“O, een mens.”
“Hé, weer een emmer geboord.”
“Krak-krak-krak, tegen Bouta op.”
“Plons, waar zijn we?”
“In de sloot.”
“Nee, in de op-po-si-tie, wahahahahah, wioeeieoe.”
“Mang, houden jullie op met dat versje uit Wij en de Wereld te mollen.”
“En wat zegt Ronald als hij uit de sloot krabbelt?”
“Binnenkort I’ll be back, net als Schwarzenegger in Terminator I.”
“Hasta La Viesta, baby.”
“Eh, zuipen jullie minder, nò. Ons hele gesprek dwaalt af. Wat is rule number three die Martinus heeft overtreden?”
“Als je merkt dat je eigen partij plus die vorige, dus als ze jou beide weg willen hebben, neem snel gas terug, en volg rule number one, nu met beide voorzitters.”
“Dat heeft Martinus, terecht vind ik, niet gedaan; hij ging door met onderzoeken en ordenen.”
“Toen sloten Papa Paul Pienter en Opa Willy-wil-je op een vergadering in Nickerie de gelederen; ze vormden één Djawablok bestaande uit 6 plus 2 is 8 sjetelsj.”
“Maar 36 min 8 is nog altijd 28, en dat is nog steeds de meerderheid.”
“Maar dan kan elke kleine partner je nu onder druk zetten.”
“Zoals Paloeeeeee of Nieuw-doet-als-oud Sjuriname.”
“Dan Djawa druk’ing djie Baas: Martinus eruit, of wij gaan.”
“Nee, nooit kang, mijn Basis laat zich niet chanteren, door niets en niemand.”
“Toch laat hij zijn toegewijde en integere grondminister als een baksteen vallen.”
“Hij had helaas geen andere keus: hij is met grote zaken in de regio bezig, in Brazilië, met Guyana, met Chavis, zelfs met Jacobi en Holland a mang e set kong.”
“Maar toch mi feni tak Basis f’ie doe wreed nanga Martinus.”
“En direct komt die Ronaldclub met een communiqué in de pers: ze zijn bezorgd, de bevolking leeft in angst, er is geen ontwikkeling, koersen stijgen, criminaliteit neemt toe, de bevolking heeft er massaal genoeg van en nog meer van dat soort dingen.”
“Ze bedoelen: we zitten te lang in de oppositie, al drie maanden, alle lekkers gaat aan onze neus voorbij, onze familie- en vriendenkliekjes bij de verschillende staatsbedrijven worden aan diggelen geslagen, we kunnen niet meer profiteren van slandsmiddelen...”
“Ja, maar nu worden nieuwe kliekjes in place gebracht.”
“En ze maken effe hard misbruik van slandsmiddelen.”
“Da wat? Wil je soms die achttiende eeuwse etnische stamhoofdenclub dan terug?”
“Dat niet, maar een stevige oppositie juich ik toe, bij elke regering welteverstaan, dan worden regeerders niet te snel arrogant.”
“En wat is die vierde rule die Martinus heeft overtreden?”
“Vertrouw als minister van Grondzaken zelfs je eigen schaduw niet, laat staan je partner.”
“Bij de vorige regering was er toch ook een minister die niet wist dat z’n partner een huis fo bijna gratis gekocht had van een, een...., een....”
“Een moderne ondernemer, jaaah”
“Ja, en wie was toen de klokkenluider geweest? Ja wie?”
“Maar je ziet dat onze exportproducten hout en rijst extra waarde krijgen dankzij dat witte poeder. Lading na lading wordt onderschept”
“Ze zeuren. Het is droogpoeder om de rijst of het hout in die container goed te houden.”
“Ja, ja, droogpoeder uit Columbia, droogt je hersens lekker via de neus.”
“Maar steeds zeggen ze: de drugs zijn afkomstig uit Suriname.”
“Da wat moeten ze zeggen?”
“De drugs waren op weg naar Rotterdam, Nederland.”
“Jaah, daar is al wit, eerst van de mensen, nu van de sneeuw.”
“Brrr, ik ben echt blij dat ik zo dicht bij de evenaar woon.”
“Ik ook, ondanks al dat politiek gewoel en dat geboefte.”
“Yeah, daar drinken we op.”
“Op dat geboefte?”
“Nee mang Ron, op dat lekkere klimaat van ons. Proost!”


Rappa

reacties: litap@sr.net


(Foto: Martinus Sastroredjo, ex-minister RGB)
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May