Bufaz-personeel wil liever niet in- en uitscannen

De werknemers van het Bureau Familierechtelijke Zaken (Bufaz) worden verplicht bij het aanvangen van hun werkzaamheden, “in te scannen” en na afloop, “uit te scannen”. De voorzitter van de personeelsbond van Justitie, Ronald Hooghart, zegt in een brief aan de minister van Justitie en Politie, dat het in- en uitscannen hen niet alleen blootstelt aan onbekende stralen; het heeft ook geen wettelijke grond. Volgens de wet zouden er in- en uittekenlijsten ter plaatse moeten zijn.


De medewerkers zijn zich ervan bewust dat zij hun aanwezigheid moeten kunnen aantonen op de werkplek. De intekenlijsten, die er zouden moeten zijn, zijn nu verwijderd en de mensen zijn verplicht te scannen. Het personeel voert de nieuwe opdracht uit, uit vrees voor rancune, en betreedt de werkplek met gemengde gevoelens, zegt Hooghart. Hij hoopt met de brief aan de minister verandering te brengen in deze zaak.

Hooghart voert in de brief aan, dat als zij gehoor geven aan deze verplichting, dat zal betekenen dat zij genoodzaakt zijn zich bloot te stellen aan de stralen, waarvan de gevolgen niet nauwkeurig zijn onderzocht. Bovendien is dit geheel tegen hun privacy en hun recht om te bepalen tegen welke stralen ze zich als individu (rechten van de mens) willen beschermen.

De Centrale van landsdienaren Organisaties (CLO) is het niet eens met de opdracht, maar houdt rekening met de gevoelens van vrees van het individu over “de onmaatschappelijke houding vanuit de leiding van het ministerie.” In de brief noemt Hooghart voorbeelden van de rancuneuze handelingen die door het ministerie worden verricht: “het opleggen van drie maanden schorsing en wel zonder een maatschappelijk rapport, het voorbijgaan aan de goede wil van de medewerkers, de eenzijdige benadering vanuit de leiding en vooralsnog de ongecontroleerde bedreiging vanuit de leiding. Van gerichte communicatie is er nauwelijks sprake”.