Column: Politieke Borrelpraat (PBR) deel 23

“Heren, hebben jullie de korpschef niet gehoord: Suriname is nog steeds het veiligste land in de regio.”
“Ja, natuurlijk, als je ons vergelijkt met overbevolkte eilanden vol drugscriminelen waar ze elke dag iemand vermoorden.”
“Ik weet niet of het aan mij ligt, maar ik heb die goeie man voor de tweede keer in mijn leven langer dan drie minuten horen praten.”
“Ach, no overdrijf, het is een beste brave man, alleen is hij tot nu toe niet genoeg uit de verf kunnen komen.”
“En we gaan een helikopter bij de criminaliteitsbestrijding inzetten.”
“Hopelijk gaan ze die wentelwiek niet zelf beheren en exploiteren.”
“Waarom niet? Altijd doen jullie zo negatief als het om nieuwe eigen initiatieven gaat.”
“Beste Ron, we kijken gewoon naar hoe het met andere vervoersmiddelen van het korps is afgelopen.”
“Voordat je het denkt, is die heli vol deuken.”
“Plus a mang e poer smoko lik wan rookgordijn.”
“Of bij het opstijgen wan foe den wiek nak’a High Lux foe comma.”
“Dan ga je horen: we hebben momenteel geen heli binnen; huurt u zelf eentje om naar het bureau te komen.”
“Of heli n’a fuel, vanwege die rigoureuze bezuinigingen.”
“Of die heli staat geparkeerd bij een sopietent, of bij een ander soort tent, je weet wel...”
“Ach, als ik naar jullie onzin moet luisteren, blijven we in de achttiende eeuw steken.”
“Nou, toen had de politie gezag en ontzag.”
“En ze liepen zonder vuurwapen, maar met een sabel aan den zijde.”
“En een fluitje om alarm te blazen.”
“Werkte veel effectiever dan die walkietalkietoestand die ze nu hebben.”
“Dat zeg jij, met je middeleeuwse idealen.”
“Maar dan kunnen we Baas net als Chavis ook met heli beschermen.”
“Ej, maar één ding, die Tjavie kan ons daglicht zo te zien niet aan; hij komt ’s avonds, overal roadblocks en heli’s en gewapende toestanden en whoeps, weg was hij.”
“De volgende keer wil hij boven onze Nickeriaanse rijstvelden rondjes gaan trekken.”
“Hij is wel erg bang voor z’n veiligheid.”
“Tuurlijk, als je miljarden aan oliebelangen van Amerikanen hebt aangetast.”
“Maar die VeePee van ons is me een echte soekoe-trobi.”
“Ai werkelijk, ala wekelijkse persconferentie ai vlam wan tra groepa.”
“Eerst duldt hij geen vakbonden in RvC’s, nu beert hij ’t fo die specialisten.”
“A kies ding mooi, die maken grof geld en kijk hoeveel ze aan de belastingen afdragen.”
“Weet jij dat? Werk jij bij de belastingen?”
“Maar hij noemde juist een zwak ding, ze hebben het snel ontzenuwd, dat van die langere ligdagen.”
”Maar dokter Blokky zei dat de groep betalende patiënten maar klein is.”
“Ik heb een nicht die op de poli van zo een specialist werkt; ze zegt dat allerlei eenvoudige mensen keihard betalen, anders krijgen ze geen goede behandeling.”
“Dan vindt een andere dat ze zoveel huur voor de poli betalen en zoveel aan hun personeel.”
“Lariekoek, die sma waarover ik het heb, krijgt een honderdje per middag en vooravondavond, terwijl Zijne Excellentie met minstens drieduizend per poli-avond naar huis gaat.”
“Nonsens, overdreven kletspraat.”
“Plus ze gebruiken allerlei dingen van het ziekenhuis, zonder noemenswaardige vergoeding.”
“Zeg weer zomaar dingen, ongeverifieerd.”
“Aarty vond dat hij als specialist zolang heeft gestudeerd en zoveel ervaring heeft en dat die governor van de CB zo veel meer dan’em verdient.”
“Hij wilde zo lang studeren.”
“Dat doen de specialisten om het volk te gaan dienen, om de lijdende mens bij te staan.”
“Vele specialisten verdienen meer dan die Gilt-more, vooral als je daar operaties bij optelt.”
“Ik vind dat het consult met tijd moet gaan; basis is 15 srd, al blijf je één minuut. Vijf minuten is 20 srd, tien minuten is 30, en een kwartier is 40 en tot een half uur is 75.”
“Ja, een goed idee, want sommigen blijven een half uur en anderen drie minuten en ze betalen hetzelfde.”
“Je gaat zien hoe ze gaan schreeuwen en staken als de overheid deze regel doorvoert.”
“Net als met die andere heilige groep, de universiteitsdocenten.”
“Mijn nichtje kan nog steeds niet afstuderen, want haar begeleider is constant in het buitenland.”
“En mijn zoon heeft moeten afhaken, omdat een docent van een bijvak van het eerste jaar hem tot het laatste jaar heeft gedrukt, omdat hij eens een kritische opmerking over haar veelvuldig verzuim had gemaakt.”
“We moeten ook hier, zoals in het buitenland, dat systeem doorvoeren dat je wordt betaald per gegeven lesuur. Kom je niet, word je voor die les niet betaald.”
“Ja, maar dan ga je horen dat het administratief niet uitvoerbaar is, want de administratie is ’s middags en ’s avonds dicht.”
“Waarom moeilijker als het makkelijk kan? De studenten houden dat bij op een speciaal formulier, dat wordt ondertekend door een aantal studenten. Simpel toch?”
“Ja simpel in woorden, maar problematisch bij de uitvoering; je gaat aan gevestigde belangen komen.”
“Da wat? Maar aan de belangen van de studenten mag wel gekomen worden? Eh, geven jullie me een grote brik. En daarom mi lob’a regering dies; al die heilige huisjes worden ingetrapt.”
“Daarom maakt die ex-VeePee van je zich ernstige zorgen.”
“Dat had hij moeten doen toen hij Zijne Arrogantie was en journalisten groette.”
“Meneer Brabant, ik groet u voor de vijfde maal.”
“Maar die opruiming gaat door, nu bij de SLM.”
“Maar Lonnie is het er niet mee eens.”
“Wat gaat die kunnen doen? Die zit meer op z’n goudvelden dan wat anders.”
“En zolang Paul Somo-pienter bij de coalitie blijft, is er niets aan de hand.”
“En straks volgt Telesur, en dan Staatsolie.”
“Ach nee, nu overdrijven jullie, dat zijn opgeblazen geruchten, allemaal stemmingmakerij om deze hardwerkende regering in een kwaad daglicht te stellen.”
“We zijn goed in het wegjagen van pottekijkers van de vorige regering...”
“Zoals dat schatje, dat ex-a-sem-lee-lid, die rokjesmevrouw.”
“Baas teken a sma ontslag.”
“Maar dat heeft ze zelf gezocht; Martin was bereid haar met behoud van alles naar een rustigere post over te plaatsen, maar dat weigerde ze...”
“Gelijk heeft ze; ze wilde geen mondje houden en salaris opstrijken.”
“Plus a taki dat Baas maar voor een tijdje pres is.”
“Ze dacht zeker dat ze in DNA was toen ze dat publiekelijk zei.”
“Ze gaat de zaak juridisch aanvechten; dat kan spannend worden.”
“En we wachten nog steeds op de bewijzen van minister Martins criminele verleden.”
“Volgens mij heeft zij Aziesje die brief laten schrijven, pot’a jongen ini wan squeeze.”
“Maar een simpele kafdump organiseren, kunnen we niet; din mang opo wan dumpplaats, maar nog niemand heeft gedumpt, want de pelmolenaar wil wel winst maken, maar niet opdraaien voor de kosten om z’n kaf ta gaan dumpen.”
“Nogal wiedes, betaalt de overheid die transportkosten? Je weet toch, die broeders van me daarzo kijken scherp op de sjentjes. En die kaftrucks moeten eerst voorzichtig opgeladen worden, dan speciaal afgedekt worden, anders stuift alles weg tijdens het rijden.”
“Hee, dat is de oplossing, laat die trucks full speed midden door die arealen van Wageningen rijden, dekzeil eraf, een gastarbeider van Bektrek met stofkap in de bak, en die schept al dat kaf in de wind, winti wai, kaf e lai, dat is stuifbemesting voor de velden.”
“Jij moet ook zo gaan rijden, dan doe je je fles sopie open, jè kant’a mang in de wind, dan schreeuw je: daroebemesting yeaaaah.”
“Gewoon eentje z’n pelmolenvergunning intrekken en opeens ga je kaftrucks naar de dumpplaats zien rijden.”
“Nee, we houden niet van dit soort harde maatregelen, net zo met die petflessen.Waarom kunnen wij geen statiegeld heffen, eerst op die grote flessen? Net als toen met die glazen flessen?”
“En hoe doen we met onze lege sopieflessen?”
“Weer vullen. Omoe, ete wan batra.”


Rappa

Voor reacties: litap@cq-link.sr