Een jaar geëist tegen verdachten in mensenhandel

Officier van justitie, Astrid Niamat, heeft op de rechtszitting van maandag tegen de verdachten Paul D. en Kavita P. een celstraf geëist van twaalf maanden onvoorwaardelijk onder aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht. Zij worden ervan verdacht tezamen en in vereniging zich schuldig gemaakt te hebben aan mensenhandel. De drie Guyanese vrouwen die illegaal het land binnengebracht waren, zijn terug naar Guyana.

Kavita P. werkte voor Paul D. in de bar en hield de kassa bij. Haar werkgever vroeg haar om drie Guyanese dames te brengen naar Nickerie om te werken als serveersters. De vrouwen kwamen via de backtrack route zonder een paspoort binnen. Ze waren er nauwelijks vier dagen of de politie deed een inval in de bar.

De slachtoffers hadden verklaard dat Paul D. hun mobiele telefoons in beslag had genomen. Ook moesten zij naast het serveren, dansen en eventueel seks bedrijven met klanten. Daartegen hadden zij bezwaren. Kavita P. merkte op dat alles via haar werkgever ging. Zij voerde de opdrachten uit die hij gaf. Ook had hij het geld gegeven om de vrouwen te halen naar Nickerie. Hij had ze ook opgewacht te Zeedijk waar de boten aanmeren. De vrouwen hadden verklaard dat Kavita P. hen voorgehouden had dat zij 60.000 Guyanese dollars per maand zouden verdienen door te serveren aan klanten in de bar. Bij aankomst werd hen toen meegedeeld dat zij 40.000 Guyanese dollars zouden verdienen en zij moesten ook seks met klanten hebben. Ook moesten zij korte kledingstukken aantrekken en alcohol nuttigen met de mannen.

Paul D. beweerde dat hij het runnen van de bar volledig aan Kavita P. had overgelaten. Zij gebruikte de inkomsten om de vrouwen te halen. Hij wist niets van die praktijken af. Ook zou hij de telefoons afgepakt hebben in opdracht van Kavita P. De slachtoffers verbleven in hetzelfde gebouw waarin de bar was ondergebracht. Paul D. beweerde ook dat hij zich voor frisse ademhaling vaker naar de Zeedijk begeeft. Hij verried zich door te zeggen dat hij pas in de bar met de vrouwen gesproken had. Bij de politie had hij verklaard nooit met hen gesproken te hebben. Toen de politie de inval deed, verzette Paul D. zich. Hij wilde niet meewerken aan het onderzoek en verschafte de politie geen toegang tot de bar.
Deze zaak zal op 13 juni verder behandeld worden. De raadslieden zullen dan pleiten voor hun cliënten.

Wanita Ramnath