Comité wil 30 juni als Dag van Nationale Rouw
11 Mar 2016, 04:16
foto
Humphry Jeroe, voorzitter comité ‘Slachtoffers en Nabestaanden van Politiek Geweld’.


Alle slachtoffers en nabestaanden van politiek geweld moeten een stem en een gezicht krijgen. De ‘donkere periodes’ krijgen een plaats in de geschiedenis en het onderwijs. Dit zijn enkele van de doelen van het comité ‘Slachtoffers en Nabestaanden van Politiek Geweld’ onder leiding van Humphry Jeroe. Hij is ook slachtoffer van politiek geweld. Voorgesteld wordt om 30 juni tot een Dag van Nationale Rouw te maken. Deze datum is op de helft van het jaar en een dag vóór de herdenking van de afschaffing van de slavernij.

Het comité is voortgevloeid uit het onderzoeksproject van Sandew Hira, die enkele maanden geleden het belang van een soortgelijk comité aankaartte. De aanleiding is dat er nog teveel onbeantwoorde vragen, onverwerkte trauma's en schade, materieel en mentaal, zijn, die de ontwikkeling en vooruitgang van de maatschappij remmen. Het is zaak dat deze obstakels weggewerkt worden, legt Jeroe uit. Dit comité wil ook een aanspreekpunt zijn voor overheden en internationale organisaties om beleid te maken. Hira zal in Nederland de activiteiten coördineren.

30 juni is uitgekozen om de Dag van Nationale Rouw te houden. Het is geenszins een vervanging voor de andere dagen van rouw, benadrukt Jeroe. “We zullen de slachtoffers van 8 december op die dag ook herdenken. Het kan niet anders,” geeft Jeroe aan. “Als we uitgenodigd worden om op de ‘8 december’ activiteiten aanwezig te zijn, zullen we met respect er zijn. We gaan er niet onuitgenodigd naar toe.” De herdenking vindt plaats in het binnenland en op het Onafhankelijkheidsplein. Er zal landelijk 1 minuut stilte gehouden worden om vijf uur 's middags. “Er zullen geen politieke toespraken zijn,” benadrukt Jeroe tot twee keer toe. “De namen van alle slachtoffers zullen worden opgelezen. Het liefst door kinderen van nabestaanden.”

Het comité gaat zich sterk maken voor deskundige hulp aan de nabestaanden. Met de minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur komt er een gesprek om de verhalen van de slachtoffers en nabestaanden een plaats in de historie te geven. Het comité wil ook gedaan krijgen dat de twee amnestiewetten worden vervangen door een nieuwe ‘algemene’ amnestiewet. Hierbij zullen de nabestaanden centraal staan. Met 30 juni wil het comité bereiken dat “het leed van de nabestaanden wordt erkend, de rouwverwerking geworteld raakt in het collectief geheugen van de natie en om partijen die tegenover elkaar staan en stonden te verzoenen.”

Jeroe gelooft in het succes van de doelen en de activiteiten van het comité omdat de verzoening in Boven Suriname al een plaats heeft gehad, stelt Jeroe. In 1995 is op 30 juni een verzoeningsdag gehouden op Pokigron. Er heerste nog veel spanning in de dorpen. Tijdens de Binnenlandse Oorlog zijn dorpen tegen elkaar ten strijde getrokken. De gevallen van zware mishandelingen lagen nog vers in het geheugen. Met veel moeite, zweet en tranen is het toch gelukt de ruim twintig dorpen bijeen te brengen, vertelt Jeroe. “Vanaf dat moment hebben we een verandering gemerkt,” zegt Jeroe. “Er is vooruitgang geboekt. Pokigron, met name Atjoni, is het centrum geworden van Boven Suriname. Dat hadden we nooit gedacht. Strategisch gezien is het ook nog de beste plaats. Dat zou nooit mogelijk geweest zijn zonder verzoening.”

René Gompers
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May