Minister Sapoen identificeert zorggebieden GLO-scholen

Minister Raymond Sapoen van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov) heeft de problemen van de diverse lagere scholen in Nickerie via de clustervoorzitters aangehoord. Het doel van de bewindsman is om de zorggebieden in het onderwijs te identificeren. Alle districten zullen aan de beurt komen waardoor zaken integraal aangepakt zullen worden. Sapoen streeft ernaar om tegen eind december in alle districten de Teachers Research Centre in gebruik te nemen. Vanuit deze centra kunnen leerkrachten optimaal getraind worden.

Uit de inventarisatie blijkt dat de westelijke polder kampt met een tekort aan schoonmaaksters en bewakers. Er is behoefte aan maatschappelijke werkers die probleemkinderen kunnen begeleiden. Voorgesteld is om getrainde ex-militairen in te zetten om de scholen te bewaken. Volgens de regiocoördinator moeten scholen in deze moderne tijd door camera’s bewaakt worden. De inbraken op de diverse scholen blijven toenemen.

De problemen die de minister te horen krijgt, zijn zeer uiteenlopend. Er is behoefte aan informatie over het elfjarig basisonderwijs en het driejarig kleuteronderwijs. Dienstwoningen zijn in een slechte conditie en de omrastering van verschillende scholen laat te wensen over. De vakken aardrijkskunde, natuuronderwijs, rekenen en schrijven moeten geëvalueerd worden. De scholen kampen met onvoldoende leer- en schoonmaakmiddelen. Er zijn schoolbussen die twee trajecten onderhouden, waardoor scholieren heel vroeg uit huis moeten. In de polders beschikken de Nickerianen niet over een schoolbus om de avondopleidingen te kunnen bezoeken.

Aanpak problemen
Sorita Jibodh van het special onderwijs ziet graag speciale trainingen voor leerkrachten die met kinderen op de special scholen werken, het jaarlijks bezoek van een vakarts, logopedisten, aangepaste leerstof voor de kinderen en het organiseren van sportactiviteiten voor kinderen met een beperking.

Directeur Ruben Soetosenojo van Minov zegt dat veel problemen al aangepakt worden. Zo zijn nieuwe boeken in de maak. Hij benadrukt dat er gewerkt wordt aan kwaliteitsverbetering en dat er daarvoor goede analyses gemaakt moeten worden. Soetosenojo zei dat bepaalde scholen, die in onveilige buurten zijn, al geïdentificeerd zijn. Deze scholen zullen alvast voorzien worden van camera’s. Hij merkt op dat de roep, om maatschappelijke werkers op de diverse scholen te hebben, gehoord wordt. Hiervoor moeten er vakmensen getraind worden. De maatschappij wordt ingewikkelder, de technologie wordt steeds moderner en de noodzaak wordt groter, aldus Soetosenojo.

Hoofd Bureau Lager Onderwijs, Kenneth Biervliet, vindt dat er gewerkt moet worden aan de mentaliteit van kinderen en de samenleving. Het Minov alleen kan niet alles doen, maar naast goede communicatie moet er ook volledige participatie van leerlingen, ouders, leerkrachten en het Minov zijn.

(Wanita Ramnath)

Minister Raymond Sapoen van Onderwijs en Volks ontwikkeling