Politieke Borrelpraat (PBR) deel 18

“Jules, wat doe je?”
“Zie je dat niet? Ik schrijf een brief.”
“Jongens, komen jullie kijken, Jules kan behalve z’n glas ook een ballpoint vasthouden.”
“Waw, werkelijk. Laten we raden wat en wie hij schrijft.”
“Hij schrijft Wonnie een aanzoek.”
“No boi, je weet toch dat hij gek is op Alice.”
“Ej, Jules, taki no? Zeg eens wat. Of heb je een mannelijke minister op het oog?”
“Eh, oen ne %$*& mi, ik schrijf de Centrale Bank.”
“Wat? Wil je onze goudstaven daar gaan tellen?”
“Of de deur voor Gilmeer Oef gaan openhouden?”
“Luister, als die goeie man 80.000 per maand kan verdienen, ben ik tevreden met 10.000.”
“We moeten niet hebzuchtig zijn, zei m’n Ronald.”
“Daarom scoorde hij maar vier zetels.”
“Dat was door verrrrrad, parrrraat, barrrraat.”
“Jullie overdrijven, het is 50.000 srd per maand.”
“Ja, eerst zeggen dat bruine bonen in blik van 6 srd naar 20 gaat, alle bruine boners gillen moord en brand, dan frommel en goochel je met wat cijfers, koersen en percentages en dan zeg je, nee, het gaat naar 12,50 en iedereen verzucht: gelukkig en is tevreden met een verdubbeling van de prijs.”
“Wil je topfunctionarissen aantrekken, moet je goed betalen.”
“Op een internetlink van het IMF valt te lezen dat hij ergens onderaan bij het IMF werkt.”
“Da wat! Als het een wit-mang was, een of andere wazige consultant, dan had niemand wat gezegd. Maar omdat n’a wan Srananboi, ala sma e bari. Stelletje krabben in een ton!”
“Eh Ron, wees eerlijk, zo een bedrag is voor onze standaarden wel buiten proporties.”
“Ik vraag me af waarom Baas persoonlijk zoveel waarde aan deze man hecht.”
“En hij zegt zelf dat hij al twee jaren met’em bezig is.”
“Dan had hij vooruit gezien dat hij president zou worden.”
“Of hij was toen al bezig iets uit te broeden in geval hij het mocht worden.”
“Daar is hij goed in, dat weten we van na tachtig.”
“Maar wat valt in dit geval uit te broeden?”
“Hoe dit land als een business te draaien en niet als een broko prenasi die z’n waardevolle grondstoffen weggeeft.”
“Oh, dus je wil me zeggen dat hij daarom een bedrijfslevenman als VeePee heeft gezet, een bankdirectrice als bewaakster van ons huishoudgeld en een IMF-manneke als schatkistbewaker.”
“Hij wil Gilmeer z’n contacten bij het IMF gebruiken om vertrouwen te wekken en leningen binnen te halen.”
“And Gilmore wil more, gimmie more, yes Gilmore.”
“Sjaak, rustig, rustig.”
“In ieder geval, als je Baas zover wil krijgen, ben je óf z’n oogappel óf je bent een gewiekst onderhandelaar.”
“Of beide. In ieder geval, als ik iemand aantrek en ik ben na 2 jaar onderhandelingen bereid om hem zo dik te betalen, dan gaat hij kwaliteit voor me leveren, anders.....”
‘Wordtie voor Ramon, de brush-cutter gegooid.”
“Ik hoor het centrale-bankpersoneel al uit één mond:”Baas Gilmeer, zoveel als ik ontbeer, wees een heer, kijk niet op mij neer, dat doet zo zeer....”
“Wat voor onzin kraai je nu weer uit, eh, werkelijk, zijn brief is werkelijk gericht aan de ‘president van de Centrale bank.”
“Corrigeer dat, het moet zijn: governor van de Centrale Bank.”
“Weer zo een idiote vinding van die vorige club; Ronald duldde zeker niet nog een president, dus wijlen Telly, poti, hoeveel verdiende die al die jaren, moest heten ‘Governor’.
“Op al onze bankbiljetten staat nog steeds: president.”
“Jullie zeuren over Bari-moro z’n salaris, gewoon dorpsjaloezie, hij laat daar een lekkere internationale carrière voor een stuk financiële hoofdpijn in het kwadraat alhier.”
“Ja, dat betekent dat Giltmeer Oef leningen links, rechts, onder en boven zal moeten afsluiten.”
“Weer schulden, weer schulden, dat van m’n Hilly de Willem, sorry, Willem de Zwijger, en wijlen Telly: ala ding schulde den losse af.”
“Maar verder zijn ze niet gekomen. Je moet als staat flink geld lenen, honderden miljoenen Joe-e$ in een paar jaar, want dan moet de bank je in leven houden wil die z’n geld eens afgelost zien; dan houden ze wel rekening met je.”
“Maar die aflossingen dan.”
“We doen net als een preutse maagd als het om leningen gaat, frede aflossing, hoe ga je vooruit komen? Met grijpstuivers sparen en links en rechts donaties bedelen alleen?”
“Inderdaad, kijk maar naar de USA, die heeft de grootste schuld ter wereld, maar is de grootste macht.”
“Je moet weten wat je met dat geleend geld doet, en daarvoor moet je een handelaar en een bankdirecteur hebben en geen stoffige, arrogante en dieftige ambtenaren die niet weten hoe je op eigen houtje een business moet draaien.”
“Dus Baas gaat via Gilmeer geld lospeuteren van het IMF en wint daardoor credit.”
“Ja, om dan allerlei geldverslindende projecten te bekostigen.”
“Dan zetten we Ronald and the Gang weer terug om al die schulden af te lossen.”
“Maar dan hebben we intussen wel een ziekenhuis te Lelydorp.”
“Een brug over de Marowijne.”
“Een weg naar Brazilië.”
“Nog een brug over het Saramaccakanaal.”
“En een nieuwe haven, nu eens eindelijk vlakbij de zee.”
“Dan kan dat hospitaalschip van die Amerikanen eindelijk eens een keer aanmeren.”
“Gek hè, dat ondanks ons beroemde SZF, onze geweldige doktoren en specialisten, onze geweldige ziekenhuiszorg, toch elke keer als die Amerikaanse soldaten hier komen, honderden mensen voor uiteenlopende zaken geholpen moeten worden?”
“Werkelijk. Bijna ga je denken dat ze speciaal kwaaltjes krijgen om door die Amerikanen behandeld te worden.”
“Zie je hoe ze hun legerdiensten tot in vredestijd geoefend houden.”
“Plus alle logistiek natrekken in geval ze hier.....”
“Of die leningen die Giltminder binnenhaalt worden gebruikt om alle ministeries met stinkende toiletten en verschroeide elektrische bedrading door vertouwensmensen te laten renoveren.”
“Ja, want je vertrouwt geen vreemden in je werkkamer, dus, beste schoonzoon, neem jij die njang.”
“Eh, oen ne tak san zomaar, weer die platvloerse dorpsjaloezie.”
“En die vlechtjesminister jaagt alle topkader die op mij lijkt weg en neemt z’n broer als tuinman in dienst.”
“Die vertrouwt de bloembakken van het ministerie niet toe aan tuinlieden met krabitafienga, daarom.”
“Ik zou Sharmila overplaatsen als tuinvrouw, dan kon ze daar rokjes wijzen.”
“Maar broers zijn ‘in’, want ook die sportminister neemt een broerke in dienst en zijne arrogantie vindt dat niemand hem daarover wat kan zeggen.”
“Ben benieuwd wat die broer voor een functie krijgt.”
“Waarnemend Achterhoofdadjunctbeleidsbinnenwerker op het kabinet van grote broer.”
“Welke ministers hebben nog meer broers?”
“En: waar broers zijn, zijn waarschijnlijk ook zussen.”
“En wattebout ooms en tantes?”
“En dan zijn er ook neven en nichten.”
“Ik ben de nicht van de minister, loekoe mi dja, ik, de nicht, wat een wicht, met m’n gezicht als het licht.”
“Sjaak, ga zitten, je bent geen dichter en hier is geen Tori Hosso.”
“Inderdaad, hier is Sopie Hosso, maar hier hoor je echte klietteratuur.”
“Hier vind je alle nichtkes, neefkes, broerkes, suskes en wiskes van de ministers.”
“En we hebben een solliciterend ondergovernor van de Mama Bank in ons midden, kijk, hij heeft al sopie gemorst op z’n sollicitatiebrief.”
“Straks gaat hij met dollars morsen.”
“Hé, heren, breaking news, Dewali wordt een nationale vrije dag.”
“Waw, da’s een zware politieke lobby.”
“Zie je, je hoeft niet in de regering te zitten om iets gedaan te krijgen wat je niet gedaan kon krijgen ondanks je in zovele regeringen zat.”
“Baas gooit een heftige splijtzwam in de VHP, de groep Azizkumar Gajezien wint nu zeker de volgende bestuursverkiezing binnen de partij.”
“Weer een vrije dag. Het houdt maar niet op.”
“Da wat, we worden al zo onderbetaald, dan maar meer vrije dagen.”
“Hou alle belangrijke etnische groepen tevreden, dat voorkomt rommel.”
“Maar er komt een commissie die alle nationale feestdagen gaat bekijken.”
“Waste of time.”
“Hoe zal Robert Ali dit vinden?”
“Hij spangt niet, zolang de overheid de SLM maar kunnen huren om Baas en z’n delegaties her en der te vliegen.”
“En onze exportproducten naar Barbados, de staat betaalt de vervoerskosten.”
“En we hebben niet eens een zeewaardig koopvaardijschip; onze Saramacca is dankzij bedrijfsgeboefte toentertijd geveild.”
“Je ziet hoe Baas z’n politiek spel speelt.”
“Maar die uitleg van die 6½ ton voor Owee-Ramon blijft zwak en doorzichtig. Die fout gaat ze hun hele regeerperiode en zelfs daarna achtervolgen.”
“Zoals die geboorde emmer van je Ronald.”
“Heren, ik ga. Ik ga toeristische beursattracties kijken. Zoveel potentie, zo weinig beleid.”
“En ik helicopters te Zorg en Hoop.”
“Ik zuip door.”
“En ik ga het gekrakeel als napraat van het Miss India-Suriname contest beluisteren.”
“En ik ga m’n sollicitatie bij Gilmeer Oefdraad indienen.”
“Dan word jij: ‘Wilmeer Boefkabel’.

Rappa

litap@cq-link.sr