Van Ondernemerschap naar Ondernemendheid
30 Oct 2015, 11:51
foto


Recent hebben verschillende beleidsmakers gepleit voor meer ondernemerschap. De Vereniging van Surinaams Bedrijfsleven (VSB) heeft dat gedaan in het kader van het decent work programma. De VSB heeft o.a. trainingen georganiseerd voor aspirant ondernemers. In een onderhoud dat de minister van Arbeid met de voorzitter van het Nationaal Jeugd Parlement heeft gehad, is ondernemerschap onder jongeren ook als strategie besproken om de werkloosheid onder de jeugd aan te pakken. Dit zijn zeker hoopvolle signalen, omdat het aanjagen van ondernemerschap goed is de voor de toekomstige ondernemer, voor werkgelegenheidscreatie en voor de samenleving. Meer algemeen gesteld worden ondernemers gezien als belangrijke aanjagers van economische en sociale vooruitgang.

Het omarmen van ondernemerschap vind ik ook om een andere reden belangrijk. Niet langer wordt vastgehouden aan het idee dat de overheid c.q. de regering zoveel mogelijk mensen aan een baan moet helpen. De overheid is niet langer een banenmachine. In particuliere kringen wordt dit fenomeen met een grijns ook wel het "accommoderen" van vrienden, bekenden en aanverwanten genoemd. Hoe realistisch is deze ommezwaai van het ‘’accommoderen van mensen’’ naar het stimuleren van ondernemerschap? En zou de focus niet eerder moeten zijn om ondernemendheid te bevorderen in plaats van het aanjagen van ondernemerschap? Ik plaats in dit artikel eerst enkele kanttekeningen bij de ommezwaai naar ondernemerschap. Vervolgens schets ik een alternatief dat naar mijn waarneming een meer fundamentele basis is voor groei en duurzame ontwikkeling.

Ecosysteem voor ondernemerschap
Er zijn beleidsmakers die vinden dat ondernemerschap niet voor eenieder is weggelegd: "je wordt als ondernemer geboren". Anderen zijn echter van mening dat ondernemerschap een vak is dat je kunt leren. Het World Economic Forum definieert ondernemerschap als "een proces dat resulteert in creativiteit, innovatie en groei". Volgens deze definitie zijn ondernemers niet alleen degenen die een bedrijf starten en proberen om maximale winst te behalen. Er zijn ook sociale ondernemers, die een maatschappelijk probleem oppakken zoals jeugdwerkloosheid, opvang van weeskinderen etc. en met een ondernemende houding tot sociale veranderingen willen komen.

De basis van ondernemerschap is namelijk creativiteit, nieuwsgierigheid, verbeelding, het nemen van risico’s en samenwerking. Als wij in navolging van het World Economic Forum het begrip ondernemerschap als hierboven definiëren, zal het aanjagen van ondernemerschap door beleidsmakers geen oplossing zijn voor de buiten proportionele hoge jeugdwerkloosheid. Om de eenvoudige reden dat deze competenties niet als zodanig door het Surinaamse onderwijssysteem worden bevorderd. De huidige werkloze jeugd zal dus een lange weg moeten afleggen alvorens zij massaal zelfstandig ondernemer zullen worden. Van de Surinaamse beroepsbevolking heeft slechts iets meer dan 10% een opleiding genoten op Middelbaar-, Bachelor- of Wetenschappelijk niveau. Mijn tweede kanttekening bij het stimuleren van ondernemerschap is de volgende. Om ondernemerschap te bevorderen is nog wat anders noodzakelijk, namelijk het creëren een compleet ecosysteem.

Onderwijs, kennisinstellingen, banken en andere laagdrempelige kredietverstrekkers zullen samen met de overheid de weg naar meer ondernemerschap moeten plaveien. De rol van de overheid in dit ecosysteem is o.a. het wegnemen van belemmeringen met transparante wet- en regelgeving, vestigingsvoorwaarden, bereikbaarheid, milieueisen, import- en export faciliteiten, logistieke infrastructuur en dergelijke. Alleen met een dergelijk ecosysteem wordt een echte boost gegeven aan ondernemerschap en zullen op termijn interessante cross overs ontstaan die tot innovatie en meer werkgelegenheid zullen leiden. De ambitie van de minister van Arbeid om versneld te zorgen dat de noodzakelijke wetgeving op orde komt, is in deze context te waarderen.

Mijn derde kanttekening heeft te maken met de huidige gebrekkige overheidsfinanciën. De halvering van de begroting ten opzichte van het voorgaande jaar geeft weinig ruimte voor overheidsinvesteringen om een solide ecosysteem voor ondernemerschap te bouwen. Beleid ontwikkelen om het ondernemerschap in de Surinaamse context te bevorderen impliceert dat én rekening gehouden moeten worden met de competenties van de beoogde doelgroep, én geïnvesteerd dient te worden in een ecosysteem voor ondernemerschap én tenslotte ook van de overheid de nodige investeringen verwacht wordt. Integraliteit is hiervoor het vakjargon.

Van ondernemerschap naar ondernemendheid
Ondernemerschap wordt tussen de regels door ook gezien als een oplossing voor de enorme omvang van het ambtenarenapparaat. Is dit haalbaar? Deze vraag is makkelijker gesteld dan beantwoord. In de afgelopen jaren zijn verschillende adviseurs stuk gelopen op sanering van het ambtenarenapparaat. Vooralsnog lezen wij het ene na het andere bericht dat ambtenaren zijn ‘‘ontlast’’, “ontheven zijn van” of “ter beschikking gesteld zijn van”. Dit leidt echter niet tot een substantiële reductie van het ambtenarenapparaat en zeker niet tot vermindering van de totale personele lasten. Welk alternatief is er voor handen om ondernemerschap te bevorderen?

Eveneens ontleend aan het World Economic Forum (2011) wordt ondernemendheid omschreven als ‘’ het vermogen van een individu om ideeën om te zetten in actie”. Ondernemendheid is meer dan het starten van een bedrijf, het is een attitude, een kerncompetentie voor iedereen. Ondernemendheid helpt jongeren en volwassenen creatiever en zelfbewuster te worden in alles wat ze doen. Voor de jongeren geldt dat zij veel meer dan voorheen zelf initiatief moeten nemen om hun eigen werk te creëren. De financiële sector in Suriname heeft de eerste stappen gezet in de richting van een elektronisch betalingsverkeer. Wat beleidsmakers op het gebied van arbeid moeten beseffen dat een dergelijke stap een enorme transitie met zich mee zal brengen voor de toekomstige arbeidsmarkt en werkgelegenheid. Landen die ons voor zijn gegaan in internetbankieren laten zien dat hele cohorten van banen in de zakelijke- en financiële dienstverlening overbodig zijn geworden. Er verdwijnen banen maar tegelijk komt er andersoortig werk voor in de plaats. Een vergelijkbare ontwikkeling zien wij ook in andere sectoren. Verpleegkundigen zullen wij in de toekomst zeker nodig blijven hebben, maar door technologische ontwikkelingen veranderd de inhoud van het werk en daarmee ook de functies in de gezondheidszorg. Mechanisering in de landbouwsector heeft ertoe geleid dat wij vandaag de dag veel minder arbeiders nodig hebben voor een veel hogere productie. Er is nieuwe werkgelegenheid bijgekomen in goudsector, mijnbouw en delfstoffenindustrie.

De creativiteit en zelfbewustzijn die horen bij een ondernemende mindset geldt ook voor het ambtenarenkorps. Er zijn namelijk ambtenaren en beleidsmakers die ernaar streven om innovatief beleid vanuit publieke en overheidsinstellingen te ontwikkelen en te implementeren. Als we ondernemerschap dus niet in enge zin opvatten als het starten van een bedrijf met het oog op winstmaximalisatie maar ruimer zien als een optelsom van ondernemende mensen, dan ontstaat er een ander perspectief. In de publicatie The Coming Prosperity: How Entrepreneurs Are Transforming the Global Economy (Philip Auerswald, 2012) stelt de auteur dat ondernemende mensen meer mogelijkheden hebben om complexe problemen op te lossen en welvaart te verbeteren dan regeringen en internationale organisaties. Als een ondernemende mindset de oplossing is voor complexe samenlevingsvraagstukken (werkloosheid, armoede, corruptie, overheidsfinanciën etc.) lijkt het stimuleren van een ondernemende mindset een beter alternatief dan het bevorderen van ondernemerschap. Waarom ontbreekt het aan een "ondernemende mindset" in de Surinaamse samenleving? Het simpele antwoord is omdat de school geen ondernemende mindset stimuleert. Ook het Surinaamse onderwijssysteem blijft leerlingen en studenten via vastomlijnde curricula en eindtermen aanmoedigen om hetzelfde pad te volgen als hun ouders. De studenten leren wat docenten al weten; die kennis wordt getoetst en gewaardeerd. Leerlingen en studenten worden door het onderwijssysteem niet uitgedaagd om oplossingen te bedenken voor eigentijdse vraagstukken. Het huidige onderwijssysteem leidt daarmee jongeren op voor banen van gisteren. Het meest ideale onderwijs is onderwijs dat de menselijke nieuwsgierigheid en creativiteit bevordert, onderwijs dat het nemen van risico’s stimuleert en een ondernemende mindset cultiveert. En dat in een wereld waarin afstanden kleiner zijn geworden en landen steeds meer met elkaar verweven zijn. Werk is niet langer gebonden aan een specifieke woonplaats. Het uitwisselen van expertise, ontwikkelen van projecten, in co-creatie werken aan verbetering van de kwaliteit van producten en diensten tot en met het ondersteunen van sociale doelen krijgt binnen de Surinaamse diaspora steeds meer grond.

Aan beleidsmakers die werken aan vernieuwing van het Surinaamse onderwijssysteem heb ik de volgende oproep. Richt uw energie niet alleen op curriculum ontwikkeling met vastomlijnde lesprogramma’s, eindtermen, examens en gestandaardiseerde toetsing van de kwaliteit. Besteed in dit vernieuwingsproces tenminste net zoveel aandacht aan ondernemendheid bij jongeren: stimuleer het ontwikkelen van het vermogen onder jongeren om ideeën om te zetten in actie. Ondernemendheid is namelijk de nieuwe survivalvaardigheid voor de 21e eeuw. Alleen met ondernemendheid leiden we onze jeugd op voor de banen van de toekomst.

Drs. Stanley A. Ramkhelawan (Arbeidsmarktstrateeg)

Ik kom graag in contact met beleidsmakers en bestuurders om over deze noties verder van gedachten te wisselen. De contactgegevens zijn bekend bij de redactie van Starnieuws.
Advertenties