Minister Algoe: Vraag naar veeteelt groot

Het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) heeft op zijn terrein op Tibiti schapen staan van het ras Katahdin. Momenteel wordt er geëxperimenteerd met dit ras om te vermeerderen. Minister Soeresh Algoe oriënteerde zich vrijdag op het complex. Volgens hem zijn de juiste stappen in de goede richting gedaan om de veeteelt verder te ontwikkelen. Producenten investeren meestal niet in 'breeding', dat doet de overheid.

De bedoeling is dat er een kettingeffect komt, waarbij de eiwitvoorziening nationaal gegarandeerd wordt, maar ook voor de export. Afhankelijk van de financiële middelen zullen er nog 1000 dieren worden geïmporteerd. Er zijn in verschillende districten kleine herkauwers verkocht. Het ontwikkelen van de veeteeltsector is volgens Algoe makkelijker. Er is volgens hem voldoende kennis lokaal, voor waar we nu mee bezig zijn, maar voor zaken zoals bijvoorbeeld embryo implantatie moeten er experts uit het buitenland gehaald worden om de mensen in Suriname te trainen.

De bewindsman zegt dat behalve schapen ook de geitenproductie aangepakt dient te worden. “Als je nagaat wat een kilo schapenvlees kost in Suriname. Het is sky-high. Voedsel moet betaalbaar zijn voor eenieder,” benadrukte de minister. Hij zegt dat er momenteel aan nog geen één procent van de behoefte van de veetelers die willen vermeerderen wordt voldaan, “de vraag is zo groot.”

Het is verder de bedoeling om zeker 1.000 tot 2.000 koeien op Tibiti te brengen van het Braziliaanse ras Nelora. De openbare inschrijving hiervoor is reeds gehouden. We importeren dieren voor vermeerdering en niet om te slachten, zodat iedereen hier uiteindelijk voordeel aan heeft. Iedereen die wil importeren voor verdere vermeerderingen, mag dat, maar natuurlijk moet men voldoen aan alle voorwaarden, de dieren moeten voorzien zijn van gezondheidscertificaten, legt Algoe uit.

Raoul Lith