TP-methode: anticiperen naar wie laatste zetel gaat
09 Feb 2015, 12:00
foto
IGSR-onderzoeker Rosita Sobhie (links) helpt cursisten van de 'Masterclass Verkiezingen Suriname' om DNA-zetels te berekenen. (Foto: Ranu Abhelakh)


Om snel te weten welke partij/combinatie de laatste zetel krijgt toegewezen in een kiesdistrict is de ‘tipping point (tp) methode’ ontwikkeld. Het punt dat de doorslag geeft of de balans doet overslaan. “Het is een manier om slechts de laatste zetel toewijzing ‘eerder’ te bepalen zonder op het definitieve aantal stemmen te wachten”, zegt Rosita Sobhie, onderzoeker bij het Institute of Graduate Studies & Research (IGSR).

Sobhie heeft zaterdag de cursisten Masterclass Verkiezingen Suriname deelgenoot gemaakt van de tp-methode. Deze is uitgewerkt door wetenschapper Glenn Sankatsing en bij de verkiezingen te Aruba gehanteerd. Tijdens de zetelberekening, zijn partijen in een hoerastemming en denken de laatste zetel al in handen te hebben. Ineens springt de zetel terug en krijgt de opponent er één bij. Op die hoerastemming kun je anticiperen. “Op basis van enige veronderstellingen, rekent de tp-methode exact het punt uit waarbij de laatste zetel overspringt van partij A naar partij B of omgekeerd.” Tps kunnen voor verschillende scenario’s worden gemaakt en peilingsresultaten kunnen in zetels worden berekend.

In Suriname worden zetels toegekend aan een partij met het hoogste gemiddelde aan behaalde stemmen. “De tp-methode is hiervan afgeleid en is geen vervanging. Het is reken technisch valide.” Bij de laatste zetel berekening werk je met de twee partijen die de ‘grootste kanshebbers’ zijn in een kiesdistrict. Stel dat die twee (A en B) 7 zetels moeten verdelen. De stand is nog 4 : 2 en je wilt weten wanneer de laatste zetel naar A gaat (eindstand 5:2) of naar B gaat (eindstand 4:3). Partij A krijgt de laatste zetel als het aantal stemmen van A gedeeld het aantal stemmen van B groter is dan 5/3, dus A/B>1,6667. Bijvoorbeeld A krijgt 2.007 stemmen en B krijgt 1.204 stemmen. Dan geldt A:B = 1,6669 en dat is groter dan 1,6667, dus A krijgt 5 zetels en B blijft op 2. Had A één stem minder, dan was de zetel naar B (2.006/1.204 < 1,6667). “Eén stem maakt dus een verschil uit.”

Mythe restzetel
Zetels berekenen is niet moeilijk, zegt trainer Lothar Boksteen aan het eind van zijn sessie ‘Traditionele Berekening Zeteltoewijzing’. “Je kunt praten en uitleggen, maar pas als je zelf berekent weet je of je het begrijpt.” Boksteen, jarenlang hoofd van het Centraal Hoofdstembureau (CHS) heeft gesproken over kiesstelsels en zetelberekening en – toewijzing op DNA, rr en dr- niveau. Hij merkt op dat personen nog steeds onbekend zijn met begrippen als kiesdeler en kiesdrempel en ook nog persistent zijn. “Neem het woord restzetel. Mensen blijven erover praten, terwijl het Surinaams systeem geen restzetel kent.” In Suriname krijgt een partij/combinatie een zetel toegewezen op basis van het grootste gemiddelde van het aantal stemmen. “Je rekent door totdat de laatste zetel is toegewezen. Elke zetel is dus evenveel waard als de andere.”

Boksteen blijft erbij: als men de 1% regeling niet aanscherpt via wetgeving, dan moet de regeling worden afgeschaft. In elk CHS-rapport staat het advies. Partijen moeten bij hun registratie een ledenlijst indienen waarvan minstens 1% landelijke geregistreerde kiezers zijn. “Dit terwijl wij in feite 10 verschillende verkiezingen hebben die wel op dezelfde dag worden gehouden.” Verder fabriceren sommige partijen die 1% op de één of andere manier, terwijl ze uiteindelijk maar 160 stemmen krijgen, zegt hij. “We houden onszelf voor de gek met die regeling. Die mensen die worden gekozen maken die wetten, en waarschijnlijk vinden ze die goed. Een jaar voor de verkiezing praat men over aanpassing kiesstelsel, maar op de avond van de verkiezing is men alles vergeten wat met verandering te maken heeft.”
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May