Partner Staatsolie focust op budget Merian-project

Staatsolie is gereed om de schouders te zetten onder het Merian-goudproject. Algemeen directeur Marc Waaldijk is ervan overtuigd dat samen met Surgold en Newmonts ervaring, zij instaat zullen zijn om het project volgens schema en binnen het budget op te leveren. “Voor ons is dit heel belangrijk omdat voor elke US$ 1, wij US$ 0.25 cent meebetalen.”

De ceremoniële start voor het opzetten van de goudmijn is woensdag officieel gegeven. Staatsolie’s opgebouwde ervaring en het managen van een eigen US$ 1 miljard raffinaderij expansie project, zijn een pluspunt in het partnerschap met Surgold. De partners moeten niet focussen op zaken waarover er geen controle kan worden uitgeoefend, reageert Waaldijk op de marktcondities voor goud en olie. De focus moet liggen op het kunnen en moeten beheren van de kosten. “Op deze manier kunnen wij de markt verslaan.”

Staatsolie is afgelopen maand een commanditaire overeenkomst aangegaan met Surgold. Als stille vennoot, neemt hij met 25% deel in alle kosten en opbrengsten. Het bedrijf wordt vertegenwoordigd door Rudolf Elias en Agnes Moensi-Sokowikromo. Beiden zijn eind 2014 aankomende directieleden, respectievelijk in de functie van algemeen directeur en financieel directeur. “Wij zitten in de Strategie Commissie, met een adviserende taak, aangevuld met twee leden van Surgold,” zegt Moensi aan Starnieuws. De twee Staatsolie-directieleden zitten ook in de Partnermeeting, “hierin worden alle besluiten genomen, in het bijzonder over het budget en programma. Staatsolie heeft daar zeker een beslissende stem. En dit is natuurlijk waar wij onze expertise gaan doen gelden”.

Stille vennoot
Volgens Moensi heeft Staatsolie zijn eigen project, binnen budget en volgens schema kunnen afronden. Als stille vennoot heeft Staatsolie het recht om alle informatie van Surgold, de beherende vennoot op te vragen. “Volgens de overeenkomst zijn zij verplicht ons inzage te geven.” Moensi benadrukt dat zij ook als partner op eigen kosten en op elk moment, een speciale audit kunnen laten uitvoeren.

De overheid heeft een onderzoek laten uitvoeren door een onafhankelijk accountantskantoor. Dit instituut heeft de kosten onderzocht vanaf 2004 tot augustus 2014. Moensi: “Uit die controle is het bedrag vastgesteld en hierop is de 25% op losgelaten en de factor 0,5 wat neerkwam op het bedrag van US$ 83,3 miljoen aan historische kosten”. Binnen het partnerschap is er sprake van een soort ‘cash call systeem’. “Men is begonnen met de constructie, aankopen en daarin participeren wij ook voor 25%. Dat is maandelijks ongeveer US$ 8 tot US$ 10 miljoen.”

De financiering van het Merian-project is veiliggesteld, zegt Moensi. Er is binnen Staatsolie een portfolio van investeringsprojecten en na taxatie scoorde Merian erg hoog. De gelden worden gehaald uit aangepaste lening bij internationale en regionale banken en de tweede obligatielening medio 2015.