Meubelbeurs, eye opener voor houtindustrie en publiek

De houten meubelbeurs die vandaag van start gaat, moet een eye opener zijn voor mensen werkzaam in de houtindustrie en het publiek. Veertien deelnemers krijgen drie dagen de gelegenheid om zichzelf te toetsen aan de markt, zegt Sandra Lee, onderdirecteur Industrie op het ministerie van Handel en Industrie. “Het doel van de beurs is om te kijken waar de kansen liggen en welke bedrijfsuitgangspunten aan te passen.” De beurs is een goede gelegenheid om te zien wat de Surinaamse houten meubelindustrie biedt en hoe de kwaliteit zich verhoudt tot importmeubels.

Een jaar geleden kwam het ministerie met een mini meubelexpositie. Evaluatie heeft volgens Lee uitgewezen dat de ondernemers meer dagen willen om hun product te exposeren en die van de beroepsgenoten te zien. “We zien dat de deelnemers van het jaar om grotere stands hebben gevraagd om meer meubels ruimtelijk te kunnen tentoonstellen.” Ook het publiek heeft in 2013 enthousiast gereageerd. “Veel personen weten niet dat er in Suriname zulke mooie kwalitatieve houten meubels geproduceerd worden.”

Met een paneel gemaakt van bosamandel, tonka, bostamarinde, kromantikopi en nog dertien andere houtsoorten, wil Anand Poeran het publiek kennis laten maken met enkele Surinaamse houten schatten. “Ik hou van hout, ik kijk elke dag uit naar nieuwe houtsoorten in Suriname en ben dan nieuwsgierig hoe ze reageren op de verschillende bewerkingen”. De ondernemer, vanaf 1993 directeur van Poeran N.V. Timmer en Meubelbedrijf, heeft het vakmanschap als meubelmaker met de paplepel naar binnen gekregen. Hij doet voor de tweede maal mee aan deze HI-beurs. “Ik sta niet hier voor de reclame, maar om mensen te laten zien wat wij meubelmakers produceren uit Surinaamse houtsoorten”.

Leerschool
De beurs is voor de ondernemer ook gelijk een leerschool. Zo analyseert hij de afwerking van de meubels bij onder andere exposant Randoe Suriname N.V., “zij zitten al jaren in het vak en verfijnen hun methodes”. Het droog- en lijmproces en de afwerking is bijvoorbeeld altijd een uitdaging voor elke meubelmaker. “Hout leeft, ook als meubelstuk in een land als Suriname met een tropisch klimaat, zo je wilt in een kamer met airco. Je kunt spleten krijgen.”
Surinamers waarderen het eigen houtenproduct nog niet genoeg, en kiezen eerder voor een import of meubelstuk van ander materiaal, zegt Poeran. Argumenten als ‘hout is duur of vrees voor houtluizen, vindt hij niet steekhoudend. Elke houtsoort heeft en prijskaartje, “ je maakt het zo duur of goedkoop als je zelf wilt en net zoals bij apparaten of producten, moet je ook hout regelmatig onderhouden”.

Het ministerie is zich ervan bewust dat het ook als taak heeft om de kennis bij de sector bij te brengen/up te daten, zegt Lee. De kennis over hoe hout te behandelen, nieuwe technologieën, of aantrekken en trainingen van skilled arbeiders zijn hierbij enkele focuspunten. Begin dit jaar heeft het ministerie contact gemaakt met het Nederlandse Centrum ter Bevordering van Importen uit ontwikkelingslanden. “Wij kijken naar de mogelijkheden voor het starten van een Export Coaching Programma voor Surinaamse houtverwerkende bedrijven.” De meubelsector kampt met een aantal problemen, bevestigt Lee, “wij zijn daarom in nauw contact en kijken samen met de vertegenwoordigers van deze sector naar oplossingen en welke andere actoren een rol hierin moeten spelen.” De houten meubelbeurs wordt vrijdagmiddag geopend en is tot en met zondag, gratis te bezoeken in de KKF beurshal.