Meertaligheid moet in ons onderwijs
01 Jun 2014, 17:30
foto


Een van de uitgangspunten voor de inrichting van een modern onderwijssysteem is dat het onderwijs een bijdrage moet leveren aan maatschappelijke vooruitgang, uitgaande van de maatschappelijke realiteit.
Als we de onderwijshistorie van Suriname bekijken, zien we dat het onderwijs heel lang is ingevuld vanuit twee oogpunten:
1. Verspreiding van het christelijk geloof (vanaf de 18e eeuw)
2. Vernederlandsing van de kolonie die in dienst stond van het moederland (vanaf 1876)
Pas met het verkrijgen van meer grip op het eigen staatsbestel (Statuut,1954) begon een eigen maatschappijvisie op vooruitgang een rol te spelen bij onderwijsbeleidsmakers. Zestig jaar later, anno 2014, is deze trend in volle vaart. We zien groeiende aandacht voor beroeps- en hoger onderwijs dat geschoold kader moet afleveren. Verder is de discussie over de invulling van curricula op alle niveaus, en zeker op het lager niveau, in volle gang.
De discussie over taal neemt hierbij een belangrijke plaats in. Dat is terecht, omdat taal niet alleen hoofdvak is in het curriculum van de scholen, maar ook omdat de leerinhouden middels taal worden onderwezen.

Een onderwijsvisie op taal moet gebaseerd zijn op een analyse van onze taalwerkelijkheid. In onze talige werkelijkheid vallen drie dingen op:
1. Wij bewegen ons in een meertalige maatschappij. Er zijn ongeveer 20 talen die wij Surinaamse talen kunnen noemen. Elke taal heeft een belangrijke emotionele functie. Elke taal heeft een belangrijke culturele lading. Daarnaast kan een taal belangrijk zijn bij een specifieke activiteit, bijvoorbeeld het Sranan bij een massameeting, of het Saramaccaans bij bootvervoer. Het Nederlands (ook een Surinaamse taal) is belangrijk in intellectuele sfeer. Het Sarnami is belangrijk als familie- en groepstaal. Sommige talen, bijvoorbeeld het Trio, zijn belangrijk in regionaal verband.
2. De enige Surinaamse taal die als vak wordt onderwezen is het Nederlands.
3. In het onderwijs is de instructietaal het Nederlands.
Het is evident dat het huidig onderwijssysteem totaal geen rekening houdt met het de meertalige werkelijkheid van Suriname. Alleen het Nederlands heeft een plaats en de overige talen worden ontkend.

Toch vraagt het van veel mensen een mindshift om in te zien dat deze situatie niet bijdraagt aan een gezonde taalontwikkeling van onze maatschappij. Op de talen die niet in het onderwijssysteem zitten, wordt neergekeken. Van kinderen die moeite hebben met de schooltaal wordt extra inspanning gevraagd om de leerstof te beheersen. Kinderen voor wie het Nederlands een vreemde taal is, stromen zeer mondjesmaat door naar intellectuele beroepen.
Wetenschappelijk onderzoek heeft allang uitgewezen dat een mens uitstekend in staat is om meerdere talen op niveau te beheersen. Ook kan de mens tegelijk een aantal talen leren. Er zijn honderden studies van overal op de wereld over onderwijssystemen waarbij kinderen meertalig onderwijs krijgen. Er zijn ook legio onderzoeken naar taalstructuren, aan de hand waarvan analyses van Surinaamse talen gemaakt kunnen worden. Van daaruit is het mogelijk lesmaterialen te ontwikkelen voor verschillende doeleinden. Het is een kwestie van visie en investeren.

Een van de belangrijkste bevindingen uit meertaligheidsonderzoek van de laatste decennia heeft te maken met de taalattitude van de leerkrachten en in het verlengde hiervan de attitude van de leerlingen naar elkaars talen. Een belangrijk struikelblok voor leren is de angst om fouten te maken en uitgelachen te worden. Fouten zijn echter inherent aan het leerproces. Een kind dat de schooltaal niet of slecht beheerst, voelt zich onzeker en geremd in de participatie van het onderwijs. Als de taaluitingen van het kind positief worden opgevangen en gewaardeerd, zal het kind met meer zelfvertrouwen deelnemen aan het onderwijsproces. Ook het onderling respect van leerlingen naar elkaars taal en cultuur zal groeien. Hierdoor ontstaat een veilige leeromgeving, die eveneens bevorderlijk is voor leren en ontwikkeling.

Een positieve attitude naar elkaars talen blijkt de basis te zijn om meertalig onderwijs succesvol in te voeren. Deze positieve attitude moet structureel worden bewerkstelligd door een taalbeschouwende leerlijn in het curriculum in te voeren, waarbij vanaf de kleuterschool tot en met het voortgezet onderwijs aandacht wordt besteed aan meertaligheid. Er moeten lessen komen waarin de leerlingen op verschillende niveaus en op verschillende manieren kennis kunnen maken met elkaars talen. Het ontwikkelen van zo’n leerlijn is heel goed mogelijk. Ook dit is een kwestie van visie en van investeren.
Deze algemene meertaligheidsleerlijn zal de weg effenen naar andere vormen van meertaligheid. Daarbij zullen we meer en meer moeten gaan naar onderwijs op maat. Binnen ons gecentraliseerde onderwijssysteem moet ruimte komen voor differentiatie. Nu reeds zijn er projecten op scholen in inheemse dorpen waarbij het rekenonderwijs in de inheemse taal wordt verzorgd. In gebieden waarbij het Nederlands een vreemde taal is, kan bijvoorbeeld gekozen worden voor een start in de moedertaal en een geleidelijke overgang naar de moedertaal. Er zal in ons onderwijssysteem zeker ook plaats moeten zijn voor optionele cursussen in de verschillende groepstalen.
Als we bovengenoemde weg inslaan, zullen steeds meer mensen gaan begrijpen wat het betekent om in een meertalige maatschappij te leven. Ze zullen inzien dat meertaligheid een maatschappelijke rijkdom kan zijn, die harmonie en groei voor de samenleving brengt.

Drs Ismene Krishnadath
onderwijskundige/schrijfster
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May