VN oordeelt: Japanse walvisvangst niet wetenschappelijk

De Japanse walvisvangst is niet wetenschappelijk en illegaal. Zo luidt het oordeel van het Internationaal Gerechtshof (ICJ) van de Verenigde Naties. Japan vangt jaarlijks ongeveer 1.000 walvissen voor wat hij noemt ‘wetenschappelijk onderzoek.’

Australië had in mei 2010 Tokio aangeklaagd bij het Internationaal Gerechtshof met het argument dat het Japanse programma - waaronder walvissen worden gedood - vermomde commerciële walvisvangst is. Het rechterlijk vonnis is juridisch bindend. Japan had eerder laten weten dat hij zich zou houden aan de uitspraak van de rechtbank.

Het vonnis is vandaag in Den Haag voorgelezen door rechter Peter Tomka. In het besluit is een tijdelijke stopzetting van het programma opgenomen. Het verbiedt Tokio tijdelijk om te jagen op walvissen in het Zuidpoolgebied. Tomka is tot zijn uitspraak gekomen op basis van een stemming waar 12 voor en 4 tegen hebben gestemd. “Japan moet elke afgeleverde vergunning, toelating of licentie in het kader van (het onderzoeksprogramma) Jarpa II intrekken en mag in het kader hiervan geen nieuwe vergunningen geven", verduidelijkt rechter Tomka.

Het hof heeft in een verklaring gezegd dat de activiteiten van het Japanse programma “grofweg kunnen worden gekarakteriseerd als wetenschappelijk onderzoek.” Maar zegt hij “het bewijs is niet geleverd dat de vorm van het programma en de uitvoering daarvan redelijk zijn in verhouding tot het bereiken van de gestelde doelen.” Tomka wijst erop dat er nu honderden walvissen meer worden gedood dan voor wetenschappelijk onderzoek nodig is.

In de verklaring staat: “De rechtbank concludeert dat de speciale vergunningen die Japan verleent voor het doden, vangen en verwerken van walvissen in verband met Jarpa II niet 'voor wetenschappelijk onderzoek zijn' op grond van de Internationale Conventie voor de Regulering van de Walvisvangst." In 1986 is een moratorium ingesteld op de commerciële vangst van walvisachtigen.