Hoogleraar pleit voor inspraak maatschappelijk middenveld in regeringsbeleid

Hoogleraar Jack Menke, verbonden aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname, pleit voor meer inspraak van het maatschappelijk middenveld bij het regeringsbeleid en maatschappelijke vraagstukken. Menke, die zondag deel uitmaakte van het panel van het radioprogramma ‘Welingelichte Kringen’ op radio ABC, vindt dat zeker nu de politiek het niet alleen voor het zeggen mag hebben. Volgens Menke moet de vrijheid gelaten worden aan groepen als, vrouwen organisaties, het bedrijfsleven, de journalisten vereniging en andere niet gouvernementele organisaties om onafhankelijk van de politiek een bijdrage te leveren om oplossingen te zoeken voor belangrijke vraagstukken.

Volks Alliantie (VA) voorzitter Paul Somohardjo kan zich niet helemaal terugvinden in het voorstel van Menke. Volgens de politicus moeten personen die een bijdrage willen leveren zich aansluiten bij een politieke organisatie. Somohardjo is het niet eens met de hoogleraar dat personen een neutrale houding kunnen hebben in de politiek. “Politiek neutraal bestaat niet, wat is dat” zegt Somohardjo. Menke zegt dat die benadering voor zeker de ministers funest zal zijn bij het nemen van beslissingen en het maken van beleid moeilijk zal zijn. Uiteindelijk zei Somohardjo dat hij open staat voor het maatschappelijk middenveld en zijn partij alle ruimte biedt voor bijdragen.

Menke vindt ondersteuning van de panelleden Hugo Essed, Ewald Refos en presentator Nita Ramcharan. Hij legt uit dat in de huidige politieke situatie het voor Suriname een pluspunt zou zijn wanneer de toekomstige regering van Desi Bouterse als president en Robert Ameerali (vicepresident) zich zouden laten bedienen van adviezen en oplossingsvoorstellen uit het maatschappelijk middenveld. De hoogleraar wijst er op dat slechts een politieke benadering een te enge zal zijn. Er zal dan teveel rekening gehouden moeten worden met de politieke geaardheid van partijen en vooral de elite binnen de politieke partijen. Er wordt ook op de functie van de Sociaal Economische Raad gewezen.

Menke geeft ook enkele voorbeelden van maatschappelijke vraagstukken die naast de politiek anders benaderd moeten worden. Zo moet het vraagstuk van democratie en rechtsstaat niet allen politiek worden benaderd. Volgens de hoogleraar komt daar een te enge oplossing uit. Het zal dan betekenen dat bijvoorbeeld het vraagstuk van Bouterse, als hoofdverdachte in de 8 december strafzaak, slechts van een kant wordt benaderd. Menke vindt dat zeker nu Bouterse president wordt, er een meer maatschappelijke benadering nodig is, terwijl deze rechtszaak zich voortzet. Overigens meent Menke dat juist door dit vraagstuk eng te benaderen de mogelijkheid er is geweest dat Suriname nu een president heeft die hoofdverdachte is in een rechtszaak.