Wil Nederland in Suriname zijn?
24 Jun 2013, 07:00
foto


Het lijkt er veel op dat Nederland graag in Suriname wil zijn. Dit gezien de laatste demarche van de minister van Buitenlandse Zaken, Frans Timmermans, dat Nederland weer op het hoogste niveau in Suriname vertegenwoordigd wil zijn. Timmermans wil dat er “tussen de Nederlandse en Surinaamse samenleving een betrokken zakelijke relatie blijft bestaan”.
Nederland stuurt zijn ‘ambassador-designate’, Ernst Noorman, om alvast als tijdelijk zaakgelastigde in Suriname te beginnen. Noorman mag zich pas ambassadeur noemen als Paramaribo agrément verleent i.e. zijn voordracht goedkeurt en hij zijn geloofsbrieven heeft aangeboden aan de president.

In de diplomatieke wereld is dit een ongebruikelijke stap, normaliter vertrekt een ‘ambassador designate’ pas naar zijn standplaats als agrément is verleend. De diplomatieke ‘courtesy’ vereist veelal ook dat alvorens een nieuwe ambassadeur wordt benoemd, de zendstaat voeling houdt of de voor te stellen kandidaat acceptabel is voor de ontvangststaat. De voordracht van Noorman dateert van enige maanden geleden. Aangenomen moet worden dat Suriname niet kenbaar heeft gemaakt dat hij niet acceptabel is voor Paramaribo. Vandaar dat Nederland de man alvast richting Paramaribo stuurt!

Minister Timmermans erkent misschien meer dan zijn voorganger dat de relatie Suriname-Nederland niet lichtvaardig moet worden opgevat. Naast de historische en culturele banden tussen de twee landen woont een zeer grote groep van Surinamers of personen van Surinaamse origine, in Nederland. Deze groep van overzeese Surinamers i.c. Euro-Surinamers woont , werkt en studeert in Nederland. Hun welvaart , welzijn, veiligheid en andere zekerheden zijn in eerste instantie een zorg voor het Koninkrijk der Nederlanden.
Gezien het vorenstaande is het ook een onontkoombare taak van de Republiek Suriname om zijn mensen zoveel en zo sterk als mogelijk bij te staan in hun leven buiten de grenzen. Het is deze betrokkenheid en verbondenheid met overzeese landgenoten die past binnen het concept van de diaspora.

Suriname heeft om uitspraken van de vorige Nederlandse regering en minister van Buitenlandse Zaken een positie ingenomen van 'laat-Nederland-maar-stikken'. Reeds bij de inauguratie was er bijvoorbeeld geen stoel voor de Nederlandse ambassadeur. Suriname besloot vervolgens ook geen ambassadeur te benoemen in Nederland, maar een soort ‘permanente’ zaakgelastigde, min of meer indicerend dat deze situatie langdurig zal zijn.

De vraag is nu wat zal Suriname doen bij deze veranderde opstelling van Nederland. Als Suriname niets doet dan blijft de situatie van Surinaamse kant ongewijzigd. Echter, om antwoord te geven op deze wijziging in de Nederlandse opstelling vis-à-vis Suriname i.e. de erkenning van het grote en diepe belang van de relatie tussen de twee landen, zal minister Winston Lackin van Buitenlandse Zaken plaats moeten maken voor een andere. Zijn uitspraken richting Nederland zijn van zodanige aard geweest dat onder zijn leiding geen verbetering in de relatie Suriname-Nederland geïnitieerd kan worden.
In de historie van de diplomatie zijn succesvolle ministers van Buitenlandse Zaken altijd bruggenbouwers. Helaas ontbreekt deze kwaliteit bij deze Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken, hetgeen betekent dat er geen wijziging in het beleid verwachtbaar is, dus de status quo zal gehandhaafd blijven. De tijdelijk zaakgelastigde van Suriname in Nederland blijft 'permanent' in Den Haag en in Paramaribo blijft de minister van Buitenlandse Zaken ook in het zadel.

R. Ali
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May