Hoop neemt af voor overlevenden Bangladesh

Reddingswerkers in Bangladesh hebben de hoop opgegeven om nog meer overlevenden te vinden. Een brand die is ontstaan in het puin van het gebouw dat vijf dagen geleden is ingestort, vertraagt hun inspanningen.

Ambtenaren die de operatie leiden zeiden vandaag dat ze betwijfelen dat ze nog meer levens zullen redden. Ze slaagden er niet in een jonge vrouw Shahanaz, van wie ze geloofden dat ze de laatste overlevende was, te redden.
"We vonden een vrouw in leven," zei een vrijwillige reddingswerker Mustafa Kamal. "Toen we gingen om haar te redden, kwam een buitenstaander met een graafmachine om te helpen, maar een vonk van de metalen bucket, wakkerde aan en leidde tot een brand...en ze stierf. "

Aantal dode lichamen
De brandweer wist de brand te blussen, maar de rook had zich verspreid naar verschillende verdiepingen wat het vermoeden van de reddingswerkers versterkt dat er geen overlevenden meer zijn. Bij de brand raakten minstens zes reddingswerkers gewond.

"Er is weinig hoop op het vinden van levenden. Onze mannen gingen naar binnen en zagen een aantal dode lichamen op de begane grond. Maar er is geen levende gezien,'' zei brigadegeneraal Ali Ahmed Khan, de chef van de brandweer op de rampplek.

Reddingswerkers hebben vanmorgen zware machines ingezet om het puin te verwijderen en te zoeken naar lichamen.
Bijna 400 mensen werden gedood en honderden zijn nog steeds vermist. Het illegaal gebouwde acht verdiepingen Rana Plaza is woensdagochtend ingestort, terwijl duizenden werknemers van de vijf kledingfabrieken in het gebouw waren. Er zijn ongeveer 2.500 overlevenden van de ramp.

Eigenaar gehouden

Intussen is de eigenaar van het gebouw, Mohammed Sohel Rana, zondag gearresteerd in de westelijke grensstad Benapole, toen hij probeerde te vluchten naar India. Rana is een lokale politicus van de regerende Awami Liga partij.

Rana wordt beschuldigd van het gebruik van minderwaardige materialen tijdens de bouw van het gebouw, dat in 2006 was voltooid. De eigenaars en topmanagers van de kledingfabrieken die waren gevestigd in het Rana Plaza gebouw, werden beschuldigd van nalatigheid. Drie zijn gearresteerd, en drie zijn nog voortvluchtig.

Vier ingenieurs van de overheid, die hebben erkend dat onder hun toezicht de planning en de bouw is geschied, zijn eveneens gearresteerd. Duizenden boze werknemers en bewoners gingen de straat op om de doodstraf te eisen voor degenen die verantwoordelijk zijn voor de instorting van de constructie.
De kleding industrie van Bangladesh is goed voor 79 procent van de exportopbrengsten en heeft een waarde van US$ 20 miljard per jaar.