Simons vindt 20 uur voldoende voor gouddeals

Assembleevoorzitter Jennifer Geerlings-Simons vindt 20 uren meer dan voldoende om de twee ontwerpwetten voor de deals met Surgold en Iamgold efficiënt te bespreken. Het parlement heeft gisteren in huishoudelijk verband haast vijf uren besteed om de orde van de openbare vergadering en de spreektijdsverdeling te bespreken. Vandaag zal uiteindelijk de openbare behandeling plaatsvinden. De aanvangstijd is gesteld op 9.30 uur.

De oppositie die uiteindelijk heeft moeten instemmen met de 20 uren, had graag veel meer tijd voor zichzelf ingeruimd hiervoor. Het liefst wil ze een uur voor elk lid van de oppositie. Volgens Nieuw Front fractieleider Radjkoemar Randjietsingh zijn er nog te veel onduidelijkheden in de overeenkomsten en zal de regering met gedegen antwoorden moeten komen.

Oeverloze discussie
Een uitgebreide behandeling van de gouddeals zal volgens Henk Ramnandanlal (Mega Combinatie/PALU) de vergadering doen ontaarden in een oeverloze discussie. “Het roept bij ons dan ook vraagtekens op waarom de oppositie veel meer tijd hieraan wil besteden. Zowel hij als Simons wijzen er op dat nog nooit tevoren De Nationale Assemblee zo een grote commissie heeft ingesteld en zoveel tijd en ruimte heeft gekregen om een ontwerpwet grondig voor te bereiden. Dat heeft drie maanden geduurd. Simons benadrukt dat de voorbereiding ook nog heeft plaatsgevonden met het horen van deskundigen en maatschappelijke groepen. Volgens haar hebben de leden van vooral de commissie voldoende tijd gekregen een nog betere voorbereiding te maken voor de openbare behandeling en dus een efficiënte vergadering.

Ramnandanlal zegt dat de oppositie met een vertegenwoordiging van zes personen in de commissie van rapporteurs voldoende tijd en ruimte heeft gekregen om haar standpunt en visie naar voren te brengen. In de coalitie is volgens hem dan onder de commissieleden met elkaar afgestemd wie welk onderdeel van de behandeling voor zijn rekening neemt. “Ik hoop niet dat er simpelweg oppositie gevoerd wordt”, merkt Simons op. Volgens haar staan in deze kwestie alle 51 leden van het parlement tegenover buitenlandse partners. Er mag natuurlijk kritisch worden gekeken naar de deals, maar niet simpelweg oppositie worden gevoerd.

Veel onduidelijk
Randjietsingh deelt mee dat zijn fractie zich heeft voorbereid op een degelijke behandeling van de twee ontwerpwetten. Er is dan ook een lijvig document samengesteld met vraagpunten en mogelijkheden. “En dan nog ontbreekt er voor ons heel wat informatie. We weten niet wat de overheid gaat investeren en waar het geld vandaan moet komen. Nergens staat dat exact aangegeven. Daarnaast is er tal van verplichtingen waarbij de staat geld moet uitgeven, maar we weten niet hoeveel. We leveren als land een heleboel in zoals inkomstenbelastingen, brandstof, investeringen voor de productieperiode terwijl er helemaal geen haalbaarheidsstudie is gemaakt”, stelt Randjietsingh. Volgens hem is het nu dan ook te vroeg om vooraf te zeggen dat de oppositie haar goedkeuring kan geven aan de deals. “We gaan op basis van de antwoorden van de regering onze standpunt verder bepalen”, zegt hij.

Simons zegt vooruitlopend op de behandeling dat niet de staat Suriname maar een op te richten staatsbedrijf als uitvoerend partner bij de deals is betrokken. Dit staatsbedrijf zal US$ 402.000.000 nodig hebben om te voldoen aan de verplichtingen zoals in concept overeengekomen met Surgold en Iamgold. Simons meent dat de regering tijdens de openbare vergadering hierover veel meer duidelijkheid zal geven. “Als wij willen dat het staatsbedrijf in de deals participeert, zal daar zeker rekening mee worden gehouden, wie het geld moet opbrengen. Dat zal uit de beantwoording van de regering blijken”, zegt Simons. Volgens haar hoeft het geld voor de naamloze vennootschap niet speciaal op de begroting van de regering te staan. In elk geval vindt de assembleevoorzitter dat de verrichtingen van dit staatsbedrijf de juridische en financiële positie van het land niet in gevaar mogen brengen.

Wilfred Leeuwin