Inspecteurs vatten 'onderwijsvernieuwing' bij de hoorns

Voor de Bond van Inspecteurs bij het Onderwijs (BIO) breekt een nieuwe fase aan in het proces van onderwijsvernieuwing. “De innovatie zit muurvast,” vat bondsvoorzitter John Koorndijk het probleem kort samen.

Een gesprek met minister Shirley Sitaldin van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov), twee vertegenwoordigers van de BEIP en de bond, omschrijft Koorndijk als “zeer teleurstellend” tegenover Starnieuws. “Vanuit de BEIP kijken ze te simpel tegen de immense problemen in het veld.”

Het BEIP, Basic Education Improvement Project, is noodzakelijk voor de overgang naar lager onderwijs en die van lager onderwijs naar voortgezet onderwijs junioren. Dit zijn de twee grote uitvalmomenten waarbij volgens het Minov een vernieuwing van het basisonderwijs noodzakelijk is. Het tweede BEIP is vorig jaar juli gestart met een kostenplaat van US$ 13,7 miljoen. De Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank financiert het project en Suriname heeft een eigen inbreng van US$ 750.000.

Verantwoordelijkheid
De onderwijsinspecteurs hebben vanmorgen gesprekken gevoerd met onder andere de Surinaamse Onderwijs Bond. “Het is nu tijd dat wij onze verantwoordelijkheid oppakken en op basis daarvan de onderwijsbonden, die de leerkrachten vertegenwoordigen, ons laten adviseren.” Koorndijk zegt dat minister Sitaldin een tussenoplossing voor dit probleem heeft opgeworpen. Ze heeft voorgesteld de oude en nieuwe methode naast elkaar te gebruiken. “En vanuit onze discipline laten we ons daarover informeren.”

De bondsvoorzitter zegt dat het gaat om twee methoden die op verschillende uitgangspunten zijn gebaseerd. “Maar we zijn willing en kijken of de suggestie van de minister uitvoerbaar is.” Hij benadrukt dat het niet om een gril gaat en om een emotioneel besluit. “We willen zakelijk kijken naar de voor- en nadelen van methode A en B, we gaan kijken als ze naast elkaar te gebruiken zijn, we kijken naar de consequenties”, somt Koorndijk de overwegingen op. De bond wil de minister alle ruimte geven om aanpassingen en correcties te plegen en steekt zijn eigen voelhorens uit in het onderwijsveld.

Nog deze week zal het besluit van de bond worden bekendgemaakt. In het uiterste geval kan de bond het advies geven om terug te gaan naar de oude methoden. Sommige scholen doen het al, “maar met ons mogelijk advies krijgt het een uniform karakter.”