Sitaldin roept hulp in van bedrijfsleven

“We geven het beroepsonderwijs vanaf nu de aandacht die het verdient,” zegt minister Shirley Sitaldin van Onderwijs en Volksontwikkeling (Minov). “Onze economie heeft goed geschoolde mensen nodig om te groeien en te kunnen concurreren met de ons omringende landen.”

Ze sprak aan de vooravond van het eerste train-de trainersprogramma dat van start gaat in Courtyard Marriott. Vertegenwoordigers van het ministerie en scholen buigen zich deze week over de kerndoelen waaraan het Lager Beroepsonderwijs (LBO) moet voldoen om geschikte vaklieden af te leveren. “Daarom betrekken we heel bewust ook het bedrijfsleven bij de vernieuwing van ons beroepsonderwijs,” stelt Sitaldin.

Eerst verantwoordelijkheid
Het ministerie bekijkt ook de aansluiting van het LBO op het Middelbaar Beroepsonderwijs. De doorlopende leerlijnen zullen helder in kaart worden gebracht, zegt het departement. “De eerste verantwoordelijkheid ligt bij het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling.” Op de bedrijven en instellingen doet het ministerie een beroep om input te leveren zodat scholen het curriculum kunnen afstemmen in overleg met het beroepenveld.

“Scholen en bedrijven krijgen straks een gezamenlijke verantwoordelijkheid,” vindt de bewindsvrouw. Ze wijst erop dat de leerlingen op school de theorie en basisvaardigheden leren. In de praktijk doen ze hun eerste ervaring op en bouwen ze hun vaardigheden uit. “Het bedrijfsleven stelt praktijkopleiders aan die de leerlingen zullen gaan begeleiden tijdens hun praktijkstages. Ik nodig het beroepenveld uit de scholen te helpen bij de inrichting van hun praktijklokalen. Samen bouwen we daarmee aan goed beroepsonderwijs.”

In de nieuwe structuur heeft het LBO vijf studierichtingen in zowel de dienstverlenende als technische sectoren.