Corruptiebestrijding eindelijk discussiepunt in DNA

De Nationale Assemblee zal op 3 augustus eindelijk de bestrijding van corruptie ter discussie stellen. Dit doet zij als voorloper op het opnieuw aanbieden van de anti-corruptiewet door de regering aan het college. Assembleevoorzitter Jennifer Geerlings-Simons zegt dat de oorspronkelijke wet, die eerder al in behandeling is geweest door de regering, is aangepast.

Carl Breeveld van DOE is ingenomen met de mededeling van de voorzitter. “Het doet me goed te horen dat naast de regering de wetgever zelf ook gaat kijken naar mogelijkheden en handvatten die nodig zijn om deze zaak compleet te maken”, zegt hij aan Starnieuws.

Termijn vaststellen
Breeveld zegt dat de samenwerking die het parlement heeft met het United Nations Development Programme (UNDP) op het gebied van wetgeving en corruptie, een goede aanvulling is hierop. “Hierdoor wordt de bewustwording groter in het college en weten we als parlementariër precies welke kant we moeten opgaan.” DOE is een handtekeningenactie begonnen om ondersteuning te krijgen voor een petitie die aan president Desi Bouterse zal worden aangeboden. Hiermee wil de partij bewerkstelligen dat de regering de anti-corruptiewet zo snel mogelijk aanbiedt aan het parlement.

“Ik heb geïnformeerd bij de minister van Binnenlandse Zaken hoe ver de regering is met het voorbereiden van de wet, maar heb nog geen duidelijk antwoord gekregen”, zegt de DOE-fractieleider. Hij hoopt dat de regering termijnen vaststelt voor de indiening van de wet.

Integrale behandeling
Breeveld zou het beter vinden als de regering een aantal wetten over corruptiebestrijding gezamenlijk in behandeling zou laten nemen door het parlement. Die wetten vullen elkaar aan. Hij noemt naast de anti-corruptiewet, de wet op openbaar bestuur, en de pas behandelde wetten over ongebruikelijke transacties en identificatieplicht voor dienstverleners. “Allemaal wetten die bij elkaar horen. Ze hadden integraal behandeld moeten worden. Voor de samenleving zou dat ook veel beter zijn. Het gaat om een stukje ethiek dat synchroon moet lopen”, aldus Breeveld.

Suriname heeft in 1996 de anti-corruptieconventie van de Verenigde Naties ondertekend. Nu 16 jaar verder is er nog steeds geen wet in Suriname, terwijl het de bedoeling was dat alle landen die de conventie getekend hebben, de besluiten in hun nationale wetgeving zouden doorvoeren. De ontwerpwet is eerder wel aangeboden en behandeld in het parlement. Deze werd door de regering in 2008 teruggenomen om aangepast te worden. Sinds toen is er niets van terechtgekomen. Breeveld herinnert eraan dat president Bouterse bij zijn aantreden heeft beloofd dat de anti-corruptiewet prioriteit geniet van boven andere wetten die aan het parlement aangeboden zouden worden.