Fernald vindt dat NCCR geen blaam treft

"Ik ga u niet vermoeien met een logboek van alle werkzaamheden van de mensen van het NCCR. De leden van NCCR en ook politiemensen en militairen hebben goed hun best gedaan. Alles kan altijd beter. Maar het gaat mij nu te ver om te concluderen dat de operaties slecht zijn verlopen."

Dat zei minister van Defensie Ivan Fernald vanochtend voorafgaand aan de Raad van Ministers op de stoep van het Franklin Essed Gebouw. Fernald vindt het nog veel te vroeg om een oordeel te geven over het verloop van de reddings- en bergingswerkzaamheden van het NCCR (Nationaal Coördinatie Centrum voor Rampenbeheersing) direct na het fatale ongeluk met de Antonov van Blue Wings in Oost-Suriname. De uitlatingen van betrokkenen en nabestaanden over de trage gang van zaken van de operaties komen net als uitlatingen over de schuldvraag, volgens Fernald vooral voort uit onbehagen.

De bewindsman vertelde daarnaast dat in het Academisch Ziekenhuis een begin is gemaakt met de identificatie van de slachtoffers. Hij kon nog niet aangeven of daarbij assistentie uit het buitenland wordt ingeroepen: "Het team van de patholoog anatoom bekijkt eerst of men zelf in staat is de slachtoffers te identificeren."

Inmiddels zijn alle gevonden stoffelijke resten overgebracht naar het ziekenhuis voor onderzoek. "Na een tweede sweep rond het verongelukte toestel gisteren zijn geen verdere stoffelijke resten meer aangetroffen. Of de flight recorder inmiddels is gevonden kan ik niet zeggen," verklaarde Fernald.

De minister probeerde vragen over de capaciteit en equipment van zowel het Nationaal Leger als het NCCR uit de weg te gaan. Zo wilden journalisten opheldering over het gebrek aan boten op Stoelmanseiland waardoor de plek van de vliegramp niet meteen over de rivier kon worden bereikt: "Dat er op zaterdagmiddag niet direct een boot beschikbaar was, wil nog niet zeggen dat we daar onvoldoende equipped zijn. Het lijkt wel of ik als minister hier in de beklaagdenbank zit."