Van der San deelt opvatting Misiekaba

Eugéne van der San is het eens met assembleelid André Misiekaba, die gesteld heeft dat het 8 december strafproces, een politiek proces is. In dit artikel gaat Van der San nader hierop in. Van der San is directeur Bestuurs- en Administratieve Aangelegenheden van het kabinet van de president.

De president wordt niet uitgeschakeld door een (politiek) proces. Deze woorden van het assembleelid Misiekaba moeten niet lichtvaardig worden opgevat. Dat het nu inderdaad niet in het nationaal belang is om de president met een politiek proces te willen vonnissen, geeft aan de reikwijdte van het inzicht van deze politicus. Want indien de Krijgsraad inderdaad beslist dat tot een veroordeling zal worden overgegaan na dertig jaar, dit nooit in het belang van de Staat Suriname kan zijn. Het assembleelid Misiekaba zei dat hij zeker weet dat Bouterse veroordeeld zal worden, omdat hij als president moet worden uitgeschakeld.

Wanneer ik vanuit een onpersoonlijk standpunt de kwestie beschouw dan kom ik inderdaad tot die conclusie. Maar maken wij ons daardoor niet onsterfelijk belachelijk en zetten wij de Republiek Suriname niet te kijk? Want indien de president van de Republiek Suriname de heer D.D. Bouterse, en niet de bevelhebber Bouterse van 1982, wordt veroordeeld dan is hij nog steeds president.

Los van alle emotionele en politieke verlangens kan de rechter hem als president niet afzetten. Het zal de politiek zijn die een oplossing zal kunnen brengen en daarom heeft de politiek nu middels een Amnestiewet gesproken. Het is en blijft een politiek proces.

Over het staatsrechtelijk probleem dat zal ontstaan wordt kennelijk oppervlakkig en, hoe kan het anders, middelmatig nagedacht. Ingevolge artikel 92 van de Grondwet van de Republiek Suriname “de president mag geen handelingen hebben verricht strijdig met de Grondwet” om te worden gekozen. Maar ook artikel 98 kan geen oplossing brengen. Een bijkomstigheid, die handelingen waarover het nu gaat, hebben niet plaatsgevonden onder deze Grondwet. Toen hadden wij geen Grondwet.

Maar mocht een president in een volwassen democratie tijdens zijn ambtsperiode in aanvaring komen met de strafwet en hij geniet geen immuniteit dan zal het Openbaar Ministerie in overleg treden met het bevoegd gezag om een oplossing te vinden, welke kan zijn dat de president terugtreedt, waarna het strafproces kan worden ingezet. Zo is het gegaan in Amerika en Israël en niet zoals een assembleelid die uit wrok vindt dat onze president, doodgewoon voor de krijgsraad moet verschijnen en daardoor ons allemaal in dit land tot apen maakt. Want ook na een vonnis beëindigt het presidentschap niet van rechtswege.

Hieruit blijkt duidelijk dat wij te doen hebben met een politiek proces, want nadat na achttien jaren het verjaringstermijn werd gestuit de politieke regisseurs ongegeneerd nog twaalf jaren nodig hebben om tot een uitspraak te komen, en juist wanneer de gedoodverfde leider president van het land is, ondanks men dit met behulp van Nederland wilde voorkomen. Kunt u niet beseffen dat indien uw kosmos werkt die kosmos hier achter staat?

Eugéne van der San