Politiecommissaris Rachel Deekman, woordvoerder Michael Elskamp en regiocommandant Audrey Beeldstroo-Haime. (Foto: René Gompers)
Het Korps Politie Suriname (KPS) heeft vandaag tijdens een persbijeenkomst geprobeerd toelichting te geven op het overlijden van arrestant Dennis Aroma in het cellenhuis van politiebureau Centrum (Keizerstraat). Er is nog veel onduidelijk. De politie neemt geen verantwoordelijkheid voor dat de gewonde arrestant suïcide kon plegen in een zogeheten OTS-cel. 

Volgens de politie werd Aroma in de vroege ochtend van maandag 29 december, na ontslag uit het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP), rond 01.30 uur overgebracht en in een OTS-cel geplaatst. Rond 06.10 uur werd hij bij controle levenloos aangetroffen. 

Politiewoordvoerder Michael Elskamp, inspecteur van politie 3e klasse en waarnemend hoofd Public Relations, verklaarde dat de politie de arrestant na zijn aanhouding naar de Spoedeisende Hulp had gebracht vanwege schotverwondingen die hij opliep tijdens de aanhouding.  De politie benadrukte dat een OTS-cel bedoeld is om iemand apart te houden in afwachting van verdere stappen in het strafproces, maar dat dit niet betekent dat er sprake is van permanente, continue observatie.

In antwoord op vragen gaf commissaris van politie, Rachel Deekman, aan dat er op het moment van overbrenging van de arrestant nog geen medisch rapport beschikbaar was waaruit zou blijken dat hij psychisch niet in orde was. Wel werd bevestigd dat contact is gelegd met het Psychiatrisch Centrum Suriname (PCS) om na te gaan of er informatie of rapportage over Aroma beschikbaar is.

Over de wijze waarop Aroma zichzelf van het leven zou hebben beroofd, werd gesteld dat hij gebruik heeft gemaakt van verbandmateriaal dat was aangebracht bij een spalk aan het rechter onderbeen. De politie wilde niet vooruitlopen op details en verwees herhaaldelijk naar het lopende onderzoek en de uitkomsten van de obductie.

Het onderzoek naar de toedracht van het overlijden wordt uitgevoerd door de afdeling Kapitale Delicten, met ondersteuning van Forensische Opsporing en een arts. De politie gaf aan dat de resultaten van de obductie nog moeten binnenkomen en dat de samenleving daarna nader zal worden geïnformeerd.

Tijdens het persmoment werd vanuit de media kritiek geuit op het gebrek aan duidelijkheid en werden vragen gesteld over protocollen, toezicht, camerabewaking en besluitvorming rond het ontslag uit het ziekenhuis. De politie stelde dat zij “tussentijds” naar buiten is gekomen om onrust en geruchten in de samenleving te temperen, maar dat definitieve antwoorden pas kunnen volgen na afronding van het onderzoek en ontvangst van het obductierapport.