Suriname heeft een uitzonderlijk gebaar van vertrouwen gekregen: een coalitie van internationale milieuorganisaties, waaronder Rainforest Trust, Art into Acres en Re:wild, heeft US$ 20 miljoen toegezegd voor de natuurbescherming. Dit is zomaar een gift. Het is een expliciete erkenning van Suriname als één van de groenste landen ter wereld en van de potentie die het land heeft om internationaal een leidende rol te spelen in de mondiale strijd tegen klimaatverandering.

De toezegging kwam vlak na de toespraak van president Jennifer Simons tijdens de VN-top. Zij sprak over de noodzaak van klimaathervormingen en benadrukte zij de unieke positie van Suriname, dat nog altijd ruim 90 procent bedekt is met bos. Het is precies dit natuurlijk kapitaal dat ons land in staat stelt internationaal gewicht in de schaal te leggen.

Het is niet de eerste keer dat Suriname erkenning en kansen krijgt in het mondiale klimaatdebat. In 2018 organiseerde ons land de historische HFLD-conferentie (High Forest, Low Deforestation), waarmee wij ons op de kaart zetten als stem en vertegenwoordiger van bosrijke landen. Suriname werd toen door het VN-klimaatpanel geprezen voor zijn leiderschap en kreeg de kans om een verenigende rol te spelen bij het opstellen van gezamenlijke programma’s en financieringsmechanismen.

Ook via het REDD+-programma, speciaal gericht op landen met veel bos, heeft Suriname internationaal laten zien dat het serieus is over bosbehoud en klimaatbeleid. Maar eerlijk is eerlijk: met name de HFLD-positie is vervolgens in de vergetelheid geraakt. Politieke wisselingen en gebrek aan continuïteit hebben ertoe geleid dat dit internationale momentum niet volledig werd benut.

Dat maakt de huidige toezegging van US$ 20 miljoen des te belangrijker. Het is een tweede kans – een uitnodiging om niet opnieuw te laten zien wat wij kúnnen, maar dit keer om daadwerkelijk te doen wat nodig is. De voorwaarden zijn helder. De donororganisaties zijn in hun brief duidelijk. Hun steun is afhankelijk van de invoering van juridische kaders die permanente bescherming garanderen, conform internationale standaarden. Het gaat hen niet alleen om papier of beleid, maar om daadwerkelijke bescherming van natuurgebieden, duurzame banen en erkenning van de rechten van inheemse en tribale gemeenschappen. Met andere woorden: Suriname moet visie vertalen naar concrete actie. Hier ligt precies de sleutel: de aangekondigde wet duurzaam natuurbeheer kan en moet de basis leggen. En er is geen betere testcase dan Brownsberg en andere natuurparken als Galibi en Raleighvallen. 

Het Brownsberg Natuurpark is misschien wel hét symbool van onze strijd om natuur en ontwikkeling te verbinden. Gelegen in het hart van het land, rijk aan biodiversiteit, met adembenemende watervallen en uitzichtpunten, en bovendien van grote historische waarde. Toch verkeert het park in een staat van verval. Illegale goudwinning bedreigt flora en fauna, infrastructuur en toeristische voorzieningen zijn ernstig verouderd, en structureel beheer en bewaking ontbreken.

Met politieke wil en gerichte investeringen kan Brownsberg echter worden getransformeerd tot een voorbeeld van duurzaam natuurbeheer. De rehabilitatiekosten zijn in verhouding gering – met ongeveer twee miljoen dollar kan het park worden opgewaardeerd, de weg en voorzieningen worden hersteld en een robuust beschermingssysteem worden opgezet. Dat bedrag is een fractie van de twintig miljoen, maar de impact zou enorm zijn: bescherming van biodiversiteit, stimulering van ecotoerisme, schepping van banen, stimuleren van het lokaal ondernemerschap en vooral een krachtig signaal naar de wereld dat Suriname serieus werk maakt van zijn beloftes.

Het behoud en de verheffing van Brownsberg tot volwaardig natuurreservaat zou een antwoord zijn op de voorwaarden van de internationale donoren. Maar meer nog: het zou de ultieme toetssteen zijn voor ons land. Zijn wij in staat om het vertrouwen dat ons internationaal wordt geschonken om te zetten in concrete, zichtbare resultaten?

Suriname heeft opnieuw de kans om zijn natuurlijke rijkdom niet alleen te zien als een gegeven, maar als een fundament voor leiderschap, duurzame ontwikkeling en trots. Het is aan onze beleidsmakers om de lessen uit het verleden ter harte te nemen en dit moment niet te laten verglijden.

De US$ 20 miljoen is geen blanco cheque. Het is een investering in vertrouwen, in visie, in de toekomst van ons land. Laten we daarom beginnen bij Brownsberg – niet alleen om een natuurpark te redden, maar om de wereld te laten zien dat Suriname zijn unieke positie als groenste land ter wereld eindelijk omzet in daadkrachtig en zichtbaar leiderschap. 

Wilfred Leeuwin