De impact van COP26 op offshore-oliesector
16 Nov 2021, 09:33
foto


Afgevaardigden uit 197 landen zijn het afgelopen weekend op de VN-wereldklimaatconferentie (COP26) in Glasgow na bijna twee weken onderhandelen een aantal compromissen overeengekomen. Het klimaatakkoord versterkt onder meer de maximale doelstelling van het klimaatakkoord van Parijs om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad Celsius. Voor het eerst worden steenkool en fossiele brandstoffen genoemd als bron van de opwarming van de aarde. Volgens veel analisten is hiermee het eind van steenkool en fossiele brandstoffen ingezet.

In de zaterdag aangekondigde resoluties werd onder meer benadrukt dat de effecten van klimaatverandering veel lager zouden zijn als de wereldtemperatuur met 1,5 graad Celsius zou stijgen dan als de temperatuur met twee graden zou stijgen. Het Klimaatakkoord van Parijs voorziet in een grens tot ruim onder de twee en indien mogelijk 1,5 graad Celsius. Op het laatste moment slaagde India erin de formulering over steenkoolproductie af te zwakken. India, China en een aantal andere steenkoolproducerende landen hadden uit economische overwegingen bezwaar tegen een passage in het 'Glasgow Climate Pact'. Met name over het uitfaseren van vervuilende steenkoolcentrales en het afschaffen van subsidies voor andere fossiele brandstoffen. Uiteindelijk werden in de betwiste paragraaf de woorden 'phase out' vervangen door 'phase down' (verminderen). Het uitfaseren van steenkool was eerder door velen geclassificeerd als een van de belangrijkste te behalen resultaten van COP26.

Ook de afspraken voor klimaathulp aan de meest kwetsbare landen waren controversieel. De opwarming van de aarde heeft nu al zware gevolgen voor veel arme zuidelijke landen. De meest arme landen zijn niet in staat om zelf de dure en technologisch moeilijke overgang naar een klimaat-neutrale economie te betalen. Deze landen hebben ook nog eens geld nodig voor bescherming tegen rampen en herstel. Op de top is voor 'verlies en schadeherstel' slechts een vaag akkoord bereikt, zonder concrete toezeggingen.

Grote doorbraak

Dat op de wereldklimaatconferentie in Glasgow steenkool en fossiele brandstoffen überhaupt als probleem worden benoemd, wordt door velen gezien als een grote doorbraak. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat sinds enige tijd oliegiganten worden gezien als de nieuwe tabakslobby die vergif verkoopt en levens vernietigt. Een ding dat tijdens de klimaattop in Glasgow duidelijk is geworden, is hoe belangrijk het is om fossiele brandstoffen in de grond te houden als men de doelen van het klimaatakkoord van Parijs wilt halen. Met ontwikkelingen zoals COP26 is het publieke bewustzijn rond klimaatverandering toegenomen. De financiering van de winning van fossiele brandstoffen wordt steeds moeilijker voor grote financiële instellingen om te negeren. Hun klanten beseffen steeds meer dat het hun geld is waarop het systeem drijft.

Versterkt publieke bewustzijn
Volgens klimaatwetenschappers is het verbranden van fossiele brandstoffen de belangrijkste oorzaak van de huidige klimaatnoodsituatie. Deze wetenschappers hebben herhaaldelijk benadrukt dat het beste wapen om de stijgende mondiale temperaturen aan te pakken, is om de uitstoot van broeikasgassen zo snel mogelijk te verminderen. Sinds het klimaatakkoord van Parijs hebben 's werelds 60 grootste retailbanken echter meer dan 3800 miljard Amerikaanse dollars geïnvesteerd in de financiering van fossiele brandstoffen. In een recent rapport bevestigt het Internationaal Energie Agentschap (IEA) dat elke verdere winning van fossiele brandstoffen onverenigbaar is met het onder de 1,5 graden Celsius houden van de wereldwijde temperatuurstijging.

Door de toenemende acties van klimaatactivisten is het publieke bewustzijn rond de financiering van fossiele brandstoffen door financiële instellingen versterkt. Westerse consumenten beseffen steeds meer dat geld uit deze banken halen niet alleen een van de eenvoudigste, maar ook een van de meest ingrijpende dingen is die ze als individu kunnen doen om de klimaatcrisis te verzachten. Experts verwachten de komende tijd in het Westen een golf van rekeningafsluitingen waarmee rekeninghouders een duidelijk signaal willen afgeven aan deze 60 retailbanken om een einde te maken aan de financiering van de winning van fossiele brandstoffen.

Impact COP26
In 2020 hebben oliegiganten een aantal belangrijke olie-ontdekkingen gedaan in het diepzeegebied van Suriname. Volgens experts zullen de jaarlijkse kapitaaluitgaven voor de commercialisering van deze olievoorraden de komende jaren honderden miljoenen Amerikaanse dollars per jaar bedragen. In Glasgow is voor het eerst in een resolutie van een wereldklimaatconferentie expliciet stelling genomen tegen klimaatschadelijke energiebronnen.

Op COP26 is wereldwijd de uitfasering van kolen en fossiele brandstoffen in gang gezet. Met deze versnelling van de energietransitie over de hele wereld is een nieuw economisch model ontstaan. De vraag dringt zich op of grote investeerders en multinationale ondernemingen in de toekomst hun geld nog willen of kunnen inzetten op fossiele brandstoffen. Welke impact COP26 heeft op de ontluikende offshore-oliesector van Suriname, moet nog blijken.

Vincent Roep


Advertenties

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April
Tuesday 16 April