Reactie op: aanpassing Personeelswet
07 Aug 2021, 12:36
foto


Desgevraagd reageer ik op de veronderstelling van minister Riad Nurmohamed dat, door aanpassingen van enkele artikelen van de Personeelswet  S.B. 1987 no 93, de wijziging daartoe zal leiden dat het doen van benoemingen zoals die op het laatste moment kort voor de verkiezingen zijn gedaan, in de toekomst niet meer mogelijk zullen zijn.
Een lofwaardig streven, maar daarvoor hoeft de Personeelswet met name artikel 25 niet aangepast te worden.

Het bevoegde gezag moet zich onthouden om in strijd met de wettelijke regelingen en Staatsbesluiten personen in overheidsdienst te nemen. Dit heeft dan niks te maken met kort vóór of na de verkiezingen, maar met hoe de politiek in Suriname denkt over de toegekende bevoegdheden krachtens de Grondwet en overige wetten en gebruiken binnen het openbaar bestuur.

In de Personeelswet en alle andere gerelateerde Staats- en Bestuursbesluiten m.b.t. het te voeren personeelsbeleid  van de overheid zijn de grondslagen voor een juiste toepassing uitputtend geregeld. Het is pertinent niet waar, dat de vigerende Personeelswet geen ruimte biedt om onterechte aanstellingen, benoemingen of bevorderingen te corrigeren op basis van de vastgestelde functievereisten. Het is een verwarrend verhaal met allerlei technische onzin om de onwetenden te doen geloven dat de minister van O.W. het licht in de tunnel is.

Artikel 7 van de vigerende Personeelswet juncto het Ambtenaren- bezoldigingsbesluit biedt de oplossing voor al de zogenaamde problemen die zich opstapelen op het ministerie van Openbare Werken. Overigens heeft Hoofdstuk VI van de vigerende Grondwet in het bijzonder artikel 26 in relatie tot artikel 23 lid 5 van de Personeelswet met betrekking tot het ontheffingsbeleid van de overheid in het algemeen, een fundamentele oplossing.

Het zou een grote bijdrage van De Nationale Assemblee aan het Openbaar Bestuur in Suriname zijn, als toetsing van deze bepalingen worden voorgelegd aan het Constitutioneel Hof. Ik verwacht van de minister van Binnenlandse Zaken dat hij binnen de Raad van Ministers op dit stuk de orde herstelt.

Eugène van der San
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May