Politieke Borrelpraat (PBR) deel 50
19 Jun 2011, 18:50
foto
President Desi Bouterse in Nickerie.


“Hebben jullie gehoord, Baas heeft in Nickerie z’n kawolasi-genoten openlijk gevlamd.”
“Ai, a faja ding. Ze hebben geen ontwikkelingsvisie en regelen alleen hun politieke belangen.”
“Ome Paulie Pienter heeft gezegd: Is podiumpraat.”
“Dat kan hij goed weten, want daarin is hij meester doctoranusschoppus.”
“Maar kan het wel dat een minister en een directeur hun partner op hun eigen ministerie in dienst nemen?”
“Moet toch kunnen, niets aan de hand, ze hebben gesolliciteerd, ze voldeden aan de kwalificaties.”
“Okay, dat klopt, maar: ten eerste is er een personeelsstop....”
“Wahahahaha, woehoehoehoe, wiewiewiehihihi, a mang Jules dies, je komt met grappige termen.”
“Er wordt toch simpeltjes ontheffing verleend aan wie wij willen? Dat is personeelsstop.”
“Ja, stop ons eigen personeel erin: mai en bhai, pa-e en ma-e, brada nanga sisa, bala en balie, omoe en omie en nog een paar van dat eeuwige rijtje etniciteiten dat we maar terwille van politieke belangencluppies krampachtig in stand houden.”
“En niet te vergeten: afhankelijk van het ministerie waar we zitten. Zo creëren we Pa-e ministeries, Bala-ministeries, Sisa-ministeries...”
“Maar dies lesi ding Baap-ministerie no de.”
“Zie je, dat is het verschil, Baap en Mai zijn er voorlopig niet bij en dat is tegen onze politieke tradities.”
“Dat is dus de ontwikkelingsvisie ouwe stijl: ga en bundel degenen die op je lijken, jut ze flink in jouw straatje op, laat ze op jouw boeba en baba stemmen, wurm jezelf in die regeerkawolasi, doe lustig mee met ministerietje pikken, en ga daar dan lekker regelen, alles wat op jou lijkt. Daarvoor word je minister. Zoniet, dan flikker je er binnen de kortste keren uit.”
“Trapoen maakt die fout van ex-minister Martinus van Grondzaken niet; a set’ing partner wel.”
“Neks no fout. Al wachten anderen met evenveel papieren na honderden sollicitaties nog steeds op een werk bij Bovenwijs.”
“Baas moet gewoon een zakenkabinet in elkaar zetten; alleen met technocraten, niet met politieke pajongwaaiers zonder ontwikkelingsvisie.”
“Mooi theoretisch gebabbel. Maar denk je dat Basis in z’n eentje dit gedaan krijgt?”
“Echt niet! Hij heeft toch zelf in zijn directe kring zulks gedaan?”
“Laat Ienke erbuiten. Zij en d’r delegatie mogen, ze zijn het waard.”
“Ik heb het niet over Lady Ienke. Hoewel, Basis set’ing partner toe, maar goed, dat is dus toegestaan. Ik bedoelde dat van die geestelijke adviseur. Dát heeft bij velen kwaad bloed gezet.”
“Heb je niet gemerkt? Sinds a geestelijk adviseur benoem, Basis jagie Wonnie, a vlam coalitiepartner, ai, geestelijk advies e waka.”
“Nog steeds weet de gemeenschap niet waarom Wonnie de laan uit moest.”
“Gewijzigde beleidsinzichten.”
“Je bedoelt dat de gepimpte rekeningen van broeder Ramon nog steeds niet zijn uitbetaald.”
“En als hij dalijk hersteld terugkomt, moet alles geregeld zijn.”
“Of wilde ze bepaalde uitgaven van bepaalde reisclubjes niet betalen?”
“Of dat bepaalde stukken uit de steeds groeiende stapel wel werden getekend, de rest niet?”
“’sLands financiën draaien is heeeeeel wat anders dan een bank draaien.”
“En daarom was ze na haar ontslag zo blij, zo opgelucht. Geen hebi meer en terug naar d’r geliefde Bank waar ze een goeie job heeft gedaan.”
“Ik hoor personeelsleden al zeggen: ‘Ze komt, ze komt, ze komt die goede, goede Wonnepon.”
“Of ze kreunen: ‘Mi Jedo, a sma ow kong baka. Chandra, begin die bureaus snel op te ruimen. Hermien, laat die vloerbedekking stofzuigen en zeg Ramon dat hij alle plantsoentjes om het gebouw schoonmaakt, vooral daar waar ze gaat parkeren. Oen sab fa dat tja krakeri.”
“Maar Kries, intussen blijft het rommelen bij die olifantjes van je. A consensus-sani n’e wroko, zo te zien.”
“Ai, de meerderheid binnen die duizend kiesmannen staat achter Tjandriekapersad.”
“Vreemde zaak. Hem hoor je in geen velden of wegen.”
“Het is: je ziet iemand in geen velden of wegen.”
“Ach mang, is Surinaams-Nederlands.”
“Zo claimen we alle fouten als te zijn Surinaams.”
“Maar die professor Anansie heeft op die Taalconferentie gepleit voor het afbouwen van het Nederlands en het invoeren van Engels en Spaans omdat die veel met het Sranan gemeen hebben.”
“Dat wilde een onwijze onderwijsminister ook na de onafhankelijkheid.”
“Wat een leukerds. Ze zijn zeker op die Hollanders afgekikt en willen nu wraak nemen op hun taal in Suriname.”
“En het Sranan Tongo heeft ook een grote affiniteit met het Nederlands.”
“Het Nederlands is in Suriname een Surinaamse taal geworden.”
“En het is de grootste moedertaalgroep met de meeste gebruikers.”
“En de meest geschreven taal.”
“Een ieder die naar school gaat, leert lezen en schrijven via deze taal.”
“Zowat al onze kennis en historische informatie staat in deze taal opgeslagen.”
“En al onze literatuur, wetenschappelijk en creatief, verschijnt in deze taal.”
“En meer en meer ook in het Engels.”
“Maar niet in het Sranan Tongo.”
“Maar het Sranan bindt ons wel.”
“Zeker, net als het Nederlands, en in mindere mate het Engels en het Sarnami.”
“Ja, maar het Sranan Tongo is de meestgebruikte contacttaal in ons land, zelfs een omoe-sneesie kan na een week al Sranan praten.”
“Ja, op welk niveau gebruikt men het Sranan? ‘He, fa joe de, omeni a brede? Djiem wan soft. Mi no habi sardien.’ Wil je die taal ook in het onderwijs, de rechtspraak en de overheidsadministratie gebruiken, ga je z’n woordenschat en z’n grammaticale mogelijkheden sterk moeten uitbreiden.”
“Dan moeten we dat gaan doen.”
“Maar waarom moet je dat geforceerd gaan doen als je al een taal hebt waarin je dat al een paar eeuwen doet?”
“En ga jij de kosten voor dat officieel uitbreiden van het Sranan Tongo ophoesten? Dan kan onze overheid niet eens de ziekenhuizen in stand houden en de oudjes op tijd hun tjaka-tjaka uitbetalen?”
“Maar iedereen in Suriname verstaat Srana Tongo.”
“Ai, lariekoek, men zagt weer elkaars halve waarheden na. Ga naar een doorsnee Surinamer en zeg: Brada, a ienbere torie foe n’a problema foe na ekonomia foe oen kondre de, dati a seri foe ding njangsani sa wi prani ne go tapu na fasi pe a soema san prani e kisi n’a moro bigi pisi foe n’a hap sa e meki nanga a sei foe ding prani-sani.”
“Wat zei je nou daar? Je bent al dronken?”
“Echt niet. Dat was een beetje Sranan Tongo op een iets hoger level dan dat praat en babbelniveau van omoe sneesi.”
“Maar op die taalconferentie heeft men gepleit voor standardisatie van het Surinaams-Nederlands en ook een officiële status voor de grote Surinaamse talen, zoals het Sarnami en het Surinaams-Javaans en het Sranan tongo.”
“En waar laten ze dan het Saamaka, oftewel het Saramaccaans?”
“Schitterend, ben ik volledig met je eens. Maar nogmaals: wie gaat de grote kosten die hiermee gepaard gaan, ophoesten? De belastingbetaler? Of gaan we daarvoor geld bedelen bij de Nederlandse Taalunie?”
“Kries, je moet niet zeggen ‘Sranan Tongo’, maar ‘Surinaams.”
“Nee, ik weiger. De naam van een land kan alleen gegeven worden aan de officiële taal van dat land. Het Sranan Tongo is geen officiële taal van ons land, dus je kan hem geen ‘Surinaams’ noemen.”
“Maar vele mensen noemen die taal zo.”
“Uit onwetendheid. Sluwe lieden die deze taal als officieel erdoor wilden drukken, hebben deze gwenti sluipfasi ingang doen vinden.”
“Nu praat je Surinaams.”
“Dus Sranan plus Nederlands met Surinaamse woorden is Surinaams?”
“Eh, schenk weer fo me in, ik krijg dorst van al dat taalgebabbel.”
“Plus je kan een taal geen naam geven die niet uit die taal afkomstig is. Het woord ‘Surinaams’ is geen Sranan Tongo-woord, da hoe ga je het Sranan dan Surinaams noemen?”
“Dus volgens jouw sopietaaltheorie zou je het Nederlands dat we in Suriname gebruiken het Surinaams moeten noemen.”
“Bijvoorbeeld, maar dat gaat weer op weerstand van die Hollandhaters onder ons stuiten.”
“Dan moeten we onze officiële taal dan maar Nederlands blijven noemen, terwijl we al dertig-zoveel jaren onafhankelijk zijn?”
“Dat is de goedkoopste en duidelijkste oplossing. In India is het Engels toch nog steeds de officiële taal van het parlement en de rechtspraak?”
“Inderdaad, er zijn genoeg niet-Engelse landen die gewoon stellen dat hun officiële taal, of een daarvan het Engels is.”
“Curaçao heeft drie officiële talen: Papiamentu, Engels en Nederlands. Maar zij weten waar en hoe ze welke taal gebruiken.”
“Maar voor sommigen onder ons lijkt het een hebi om onze officiële taal gewoon Nederlands te blijven noemen.”
“Dan betreft het juist mensen die zelf in Nederland hebben gestudeerd, gewoond en gewerkt hebben en die hun kinderen en familie voor een belangrijk deel daar hebben zitten,”
“Ja, het lijkt dat juist die personen het zwaarst tegen de Hollandse invloed gekant zijn, omdat ze het meest erdoor beïnvloed zijn. Ron, heb jij niet een tijdje daar gestudeerd?”
“Ja, and so what? Ik ageer niet tegen de Hollandse invloed, omdat die niet overheerst in mijn denken, doen en laten. Ik gebruik die taal gewoon om mijn quality of life te verbeteren. En ik ga niemand dwingen om een bepaalde taal af te leren of een andere op te dringen. Stel je voor!”
“Zoals je nu heerst over dat lege glas van je.”
“He, wie heeft m’n sopie opgedronken?”
“Na joe. Wie anders?”
“Ga, haal en betaal te joe baal, dat is onze nieuwe officiële wartaal. Proost!”

Rappa
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May