"Het
zou de vicepresident sieren als hij als voorzitter van de Raad van Ministers
zijn invloed zou aanwenden om de financiële middelen van het volk van Suriname
aan te wenden voor de stimulering van de eigen producten en het verhogen van de
lokale productie." De Vereniging van Exporteurs van Agrarische Producten
in Suriname (Veaps) is absoluut 'not amused'
over de overeenkomst die het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij
heeft gesloten met het Israëlische LR Group.
De
vereniging zegt dat de vicepresident onlangs op "snoepreisje" is
geweest naar Israël op uitnodiging van de LR Group om informatie te vergaren
inzake het opzetten van de Agro Industrial Park. Zij vraagt zich af of hier
geen sprake is van de omgekeerde volgorde en of oriëntatie niet eerst moest
geschieden voor de ondertekening van het contract. "De Veaps keurt de
houding van de overheid af dat ze ruim 1 jaar de overeenkomst geheim heeft
gehouden en dat zij vooraf niet in discussie is gegaan met de diverse lokale
vertegenwoordigers van de agrarische sector."
De
overeenkomst met LR Group houdt in dat Suriname een staatsgarantie moet geven
als dekking voor de lening van ongeveer
€ 67 miljoen voor het ontwikkelen van een Agro Industrial Park (AIP).
Voor dat geld wordt een Melkveehouderijbedrijf opgezet met 500 melkkoeien die
gemiddeld per koe 24 liters melk zullen produceren met een jaarlijkse productie
van 4,2 miljoen liters. Verder ook een zuivel verwerkingsbedrijf voor de
productie van diverse zuivelproducten.
Een pluimveebedrijf met een eierproductie van 5 miljoen eieren per jaar
en 2.000 ton kippenvlees per jaar. Verder zal er een slachthuis en een
verpakkingslijn worden opgezet. Een agrarische productie boerderij waarbij er
op 550 hectaren mais, gras en soya zal worden geproduceerd voor de veehouderij
en 6 hectare aan kassenteelt met de productie van 3 hectare tomaten, 2 hectare
komkommer en 1 hectare peper. Verder zal er een packinghouse worden opgezet met
koude opslagfaciliteiten. Het opzetten van diverse trainingscentra voor het
personeel van de AIP, somt de Veaps op.
Waar
de vereniging over valt is dat in het document is opgenomen dat de LR Group de
eindproducten zal afzetten op de binnenlandse markt en het overschot zal
exporteren naar de Caricom. De VEAPS is faliekant tegen deze operatie en vreest
dat de eigen Surinaamse boeren en agrarische ondernemers hierdoor worden vernietigd. Wat betreft de exportmarkt
is er totale onduidelijkheid. Welke Caricom landen zullen de producten afnemen?
Hoe zullen de exportlijnen lopen? En wat zijn de hoeveelheden? Laat LR Group de leveringscontracten met de
buitenlandse afnemers publiekelijk maken?
Voor het
opzetten van de entiteiten moet Suriname de faciliteiten beschikbaar stellen. Voor de veehouderij moet er een areaal te Lelydorp beschikbaar worden gesteld
en voor de agrarische productie
zal het LVV areaal te Dirkshoop in Saramacca beschikbaar worden gesteld. Alle
bijkomende kosten met betrekking tot infrastructuur (elektra, water, wegen,
gebouwen) moeten door de staat Suriname worden opgezet.
Verder
heeft LR Group contractueel
afgedwongen dat haar importen invoerrechtenvrij zijn, terwijl Surinaamse
producenten deze faciliteiten in beperkte vorm hebben. Indien we deze
componenten in beschouwing nemen dan is de inbreng van Suriname ver boven de €
80 miljoen. De VEAPS vraagt zich af: wat is eigenlijk de inbreng van de LR
Group? Zit Suriname zich niet te verkopen aan de LR Group?
De volledige verklaring van de Veaps kunt u hier downloaden.