ABOP-voorzitter Ronny Brunswijk poseert met een paar Saamaka schonen in de Palmentuin. (René Gompers)
Ronnie Brunswijk, voorzitter van de ABOP en mede initiatiefnemer van de
Eenheidsbeweging voor Surinamers van Afrikaanse afkomst, is ook aanwezig in de
Palmentuin om Saamaka Daka te vieren. Hoewel de opkomst niet overweldigend was,
is de viering uitbundig geweest. Brunswijk stelt dat de matige opkomst te
wijten is aan de leiding van het land. Het kan er bij hem niet in dat de
overheid een besluit heeft genomen dat alleen de Saramaccaners in
overheidsdienst vrij hebben gehad om de dag te vieren. Het moest gewoon een
vrije dag geweest zijn, vindt Brunswijk.
Hij is vergezeld door enkele ABOP-bestuurs- en Assembleeleden. “Het kan
niet anders dat ik hier ben, ik ben geen Saamaka maar ik ben Marron,” deelt hij
mee. Marrons hebben dezelfde oorsprong, maar hebben zich naar verschillende
locaties verplaatst, legt hij uit. Hij is ontstemd over de lage opkomst. “Ik
ben gekomen om Saramacca Dey te vieren. Ik had gedacht dat het een vrije dag
zou zijn, maar wat ik hier zie…ik denk dat de regering de mensen in de steek
heeft gelaten. Je kunt niet een vrije dag voorhouden en wanneer puntje bij
paaltje komt, geef je alleen Saramaccaners vrij. Dat stuk heb ik niet begrepen.
Als je een dag geeft, geef een dag. Maar i no kan
gi wan afu sani toch?”
“We zijn one nation, als je een
dag geeft, ook al heet het Saamaka Daka, is het voor het hele land,” merkt
Brunswijk op. “Dan a her’ volk e kong. Maar
luku dya…dit wil ik niet hebben,” zegt Brunswijk terwijl hij om zich
heen wijst. “De eenheid moet er altijd zijn. Teh1 juli of Phagwa deh, alla sma deh. Dat na a sani. Maar ik ben teleurgesteld dat
het zo is gegaan, dat de mensen geen volledige vrije dag hebben gehad. Anderen
moeten verlof nemen…nou ja, ik ben hier. Ik ben het komen vieren.”
Minister Edgar Dikan van Regionale Ontwikkeling en Marciano Galimo van
de commissie Saamaka Daka geven aan dat volgend jaar naar andere oplossingen
gekeken wordt zodat Saamaka Daka nationaal gevierd wordt. Als het aan Brunswijk
lag, had hij alle nationale dagen die met Marrons te maken tot één enkele
gemaakt. “Het is leuk dat iedereen zo zijn dag krijgt, maar zoals ik het zie,
zou ik al de dagen tot een enkele maken,” merkt hij op. “Neem 10 oktober als
voorbeeld. Dat zou voor alle groepen marrons kunnen zijn, zonder onderscheid
der groepen, gewoon een enkele Marrondag. Zo had ik dat graag gewild.”