Misiekaba steunt onder voorwaarden komst Cubaanse artsen
21 Jun 2019, 12:36
foto
Minister André Misiekaba is voorstander van de komst van Cubaanse artsen, maar stelt wel voorwaarden. (Foto: Raoul Lith)


Op voorwaarde dat de regering een heel goede inburgeringsproces heeft voor de Cubaanse artsen en de taalbarrière wegwerkt, ondersteunt minister André Misiekaba van Sociale Zaken en Huisvesting het voornemen van de regering om Cubaanse artsen naar Suriname te halen. In reactie op de standpunten van de Vereniging van Medici en de Vereniging RGD-artsen zegt de bewindsman dat hij de regering oproept om te kijken naar de zaken die zijn aangedragen. Hij vindt dat in beide reacties van de verenigingen elementen zijn die de regering zou moeten meenemen in haar besluitvorming.

Misiekaba zegt er voorstaander van te zijn dat de gezondheidssituatie in het verre binnenland op redelijk niveau wordt gebracht. “Wanneer we kijken naar de gezondheidssector in Suriname, dan weten we dat we op vele vlakken bijzondere uitdagingen hebben.” Een van die uitdagingen is volgens de bewindsman de beschikbaarheid van artsen, van medici in het hele land. Hij merkt op dat bekend is dat in ver afgelegen gebieden met name in de districten in het binnenland artsen “niet op stel en sprong” beschikbaar zijn.

Als voorbeeld haalt Misiekaba het Boven-Surinamegebied aan, waar er voor het uitgestrekt gebied “een arts ergens gepositioneerd is.” In dit kader heeft hij veel lof voor de gezondheidsassistenten die met beperkte middelen zwaar werk verrichten. Zij staan telefonisch in contact met de arts om instructies te krijgen hoe te handelen.

Ondanks we leven in een tijd waar afstand en tijd door ict worden weggemaakt, zegt de bewindsman dat “iedereen weet wat het effect is voor gemoedstoestand van de patiënt als een arts fysiek aanwezig is.” Vooral de gemeenschap die verstoken is van “adequate medische hulpverlening” roept Misiekaba op om et standpunt van de regering te ondersteunen, “zij het kritisch, maar toch te ondersteunen.”

Hij zegt aan Starnieuws dat er een goede inburgeringsproces moet zijn en als blijkt dat na het proces de Cubaanse artsen nog niet gereed zijn, het proces moet worden verlengd. De Cubaanse artsen moeten de taal, vooral het sranang tongo, goed beheersen, vooral degenen die in het binnenland tewerk zullen worden gesteld. Ook moet worden gekeken naar de fysieke omstandigheden van de mensen. Misiekaba haalt aan dat de Cubaanse artsen in hun eigen land niet zoveel verdienen als de Surinaamse artsen. “We moeten goed kijken naar de fysieke omstandigheden, aangezien de Cubaanse artsen geen grote bedragen aan salaris gaan toucheren.” Hij vindt het daarom belangrijk dat ze voorzien worden van goede huisvesting, goede sanitaire voorzieningen en zover het nodig is ze beschikken over een goed voertuig. “Zodat ze een redelijk bestaan hebben en zich goed kunnen focussen op het werk.”

De bewindsman vraagt ook dat “we in al onze reacties er rekening mee houden dat Suriname al tientallen jaren goede diplomatieke relaties heeft met Cuba.” Misiekaba: “Ik vraag de regering om notitie te nemen van de grieven van onze artsen, maar ook dat we de baby niet met het badwater weggooien.”

 

Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May