Ramnandanlal: Besteding leningen moet centraal staan
23 Nov 2016, 04:16
foto
Henk Ramnandanlal, ondervoorzitter van de PALU.


Het is niet verkeerd om te lenen, alleen de vraag is waaraan zullen de leningen besteed worden. Dit zegt Henk Ramnandanlal, ondervoorzitter van de Progressieve Arbeiders en Landbouwers Unie (PALU) als reactie op de discussie over het al dan niet verhogen van het schuldenplafond, of per keer de regering ontheffen om het schuldplafond te mogen overschrijden. De discussie over het schuldplafond vindt hij niet ter zake, creëert verwarring en leidt de aandacht af van het werkelijke probleem. De discussie zou moeten gaan over hoe de leningen het beste moeten worden besteed.

Suriname zal meer moeten verdienen om elke lening terug te betalen en dat kan alleen door deze leningen te investeren in de productie. Er staan reeds SRD 1,7 miljard aan aflossingen van leningen op de begrotingen voor 2017. Om op een duurzame wijze de economie te ontwikkelen, gericht op groei op lange termijn zal de eenzijdige afhankelijkheid van Suriname van de mijnbouw doorbroken moeten worden. En daarbij zal nu een strategische keuze gemaakt moeten worden voor productie stimulering in de duurzame sectoren. Door te investeren in de duurzame sectoren als toerisme, landbouw en diensten zal ook veel meer werkgelegenheid gecreëerd worden dan tot nu toe in de mijnbouw. De samenleving, met name de jongeren en startende ondernemers, zullen hiervan kunnen profiteren. Maar voorlopig lijkt deze roep om beleidswijziging aan dovemansoren, ondanks de mooie beloften van de regering, zegt Ramnandanlal.

Grotere afhankelijkheid
"Als we kijken naar de wijze waarop de regering gesloten leningen zal besteden, zal Suriname nog meer afhankelijk worden van de mijnbouw. Er zijn kortlopende leningen afgesloten door Staatsolie om te kunnen participeren in de Merian goudmijn. Deze kortlopende leningen zijn overgenomen door de overheid en omgezet in een langlopende obligatielening waarbij in de eerste instantie alleen de rente hoeft te worden betaald. Hierdoor heeft de regering voor zichzelf meer ademruimte gecreëerd op de korte termijn."

Deze lening was volgens de PALU-topper alleen mogelijk vanwege de goede perspectieven in de Surinaamse mijnbouw en de extra inkomsten die de overheid daaruit zal hebben. Maar op lange termijn zal de obligatielening duurder uitvallen voor Suriname. Er zal extra verdiend moeten worden om deze duurdere lening over 10 jaar volledig te kunnen afbetalen. Maar we zien niets in de obligatielening gereserveerd voor investeringen om extra productie te creëren, met name in de duurzame sectoren. "En daarmee zal Suriname nog meer afhankelijk worden van de mijnbouw. Bij een ongewijzigd beleid zal een toekomstige val van de mijnbouw prijzen dan alleen nog harder aankomen”.

Extra inkomsten uit goud
Suriname heeft onder de vorige minister van Natuurlijke Hulpbronnen twee zeer voordelige overeenkomsten gesloten in de goudsector, zegt Ramnandanlal. In de komende jaren zal de Surinaamse overheid op maandbasis ongeveer US$ 3 miljoen rechtstreeks verdienen aan royalty's en ongeveer US$ 0.9 miljoen per maand aan loonbelasting.

Van het aandeel van 25% in de goudproductie van ongeveer 32000 troy ounces (1000 kg) op maandbasis zal Suriname maximaal bruto US$ 10 mljoen overhouden met de huidige goudprijzen. Hiervan zullen de operationele kosten moeten worden afgetrokken die ongeveer de helft bedragen. De nettogelden zullen in de eerste drie jaren gebruikt worden om de investeringen terug te betalen. Met andere woorden, deze extra inkomsten zullen net voldoende zijn om de jaarlijkse rente aflossing van de obligatielening en de overige leningen van Staatsolie te kunnen afbetalen in de komende 3 tot 4 jaren. Bovendien zal een extra reservering gemaakt moeten worden om het basisbedrag van de obligatielening van US$ 550 miljoen over 10 jaren af te betalen. Het is nog onduidelijk waar dit bedrag vandaan zal komen.

Extra leningen 2017
Uit de overheidsbegrotingen voor het jaar 2017 blijkt dat de regering in totaal voor SRD 4,2 miljard zal lenen. Dit is de helft van de totaal begrote uitgaven voor 2017. Waar een groot deel van deze leningen vandaan zal komen, is ook nog onduidelijk, meent Ramnandanlal. Wel zijn reeds intentie overeenkomsten getekend met multilaterale organisaties als IDB, CDB en IsDB. Van deze bankinstellingen is bekend dat zij harde voorwaarden stellen aan het vrijgeven van de leningen. Ook hier staat centraal de vraag, waaraan zal de regering deze leningen besteden.

Consumptieve besteding
Op de eerste plaats wijst de ingediende overheidsbegrotingen voor het jaar 2017 een tekort aan van SRD 2 miljard voor salarissen, subsidies en overige apparaatskosten. "Verder zien wij ongeveer twee miljard opgebracht voor sociale projecten en overige niet-productie gerichte activiteiten. De regering zal dus ongeveer 99% van de begrote leningen consumptief besteden in 2017. Slechts SRD 50 miljoen is opgebracht op de begrotingen om rechtstreeks te investeren in de productie. Het door de regering met veel bravoure gepresenteerde Stabilisatie- en Herstelplan om de productie te stimuleren is totaal niet terug te vinden in de begrotingen". Volgens Ramnandanlal lijken de mooie woorden van de NDP-regering om te investeren in de duurzame productie sterk op de mooie woorden van de voorgaande regeringen.

“Suriname heeft meer dan 1,6 miljard euro aan ontwikkelingshulp ontvangen vanaf onze onafhankelijkheid, naast de meerinkomsten uit de mijnbouw. Vanaf toen hebben opeenvolgende regeringen ook weinig investeringen gedaan in de duurzame productie ondanks de roep van vele deskundigen hierom. Als we hier niet uit leren, ziet onze toekomst inderdaad niet rooskleurig uit en zullen de IMF-deskundigen gelijk krijgen”, meent Ramnandanlal.
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May