Noodweer Noord-Korea eist 133 levens

Hevige regen heeft ernstige overstromingen veroorzaakt in het noordoosten van Noord-Korea. Volgens de Verenigde Naties (VN) zijn 133 mensen overleden en worden 395 vermist.

Het VN-Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken (OCHA) citeert de overheidscijfers van Pyongyang, die stellen dat ongeveer 107.000 inwoners gedwongen hun huizen in het gebied langs de Tumen rivier moesten verlaten. OCHA heeft eraan toegevoegd dat meer dan 35.500 huizen zijn verwoest, waaronder 8.700 openbare gebouwen.

In de afgelopen weken heeft zware regenval zich over Noord-Korea gestort. De zwaarste regenbuien zijn in de oostelijke kant van het land gevallen. De periode juli tot september is de natste tijd van het jaar voor het land. In de afgelopen vijf dagen is in Changjon 70 mm regen geregistreerd. Over dezelfde periode is in Sinpo 80 mm genoteerd.

Wonsan heeft de zwaarste regenbuien gehad. Bijna het maandgemiddelde aan regen is in vier dagen tijd gevallen, 165 mm. Dit is vergelijkbaar met het gemiddelde in september van 178 mm. De Noord-Koreaanse meteorologische dienst zegt dat de overstromingen "de meest verwoestende natuurramp zijn sinds de bevrijding van Korea in 1945.”

De staatsmedia is verder gegaan en zegt dat de mensen in de noordoostelijke regio in de buurt van de grens met China en Rusland "grote ontberingen" lijden. Verwacht wordt dat het nu droger wordt op het schiereiland. Soldaten zijn ingezet om burgers te helpen bij opruimingswerkzaamheden.