Oostenrijkse delegatie op bezoek in Suriname

Oostenrijk en Suriname gaan mogelijk samenwerken op het gebied van bosbeheer. Ook een samenwerking in andere sectoren ligt eventueel in het verschiet. Het gaat hierbij om het verwerken van padiekaf en de grondproblematiek.

Deze week verblijft een Oostenrijkse delegatie in Suriname om de verschillende vormen van samenwerking te bespreken. Vanochtend zijn op het ministerie van Ruimtelijke Ordening, Grond en Bosbeheer (RGB) de eerste verkennende gesprekken gevoerd met minister Martinus Sastroredjo en enkele directieleden. De Oostenrijkse delegatie wordt geleid door Martin Nobauer, vertegenwoordiger van het ministerie van Landbouw, Bos, Water en Milieu en bestaat verder uit zeven experts en drie mensen van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Sylvia Ang, die als beleidsadviseur op het ministerie van RGB de Oostenrijkse diplomatieke missie begeleidt, geeft aan dat vandaag de eerste meeting heeft plaatsgevonden. Ze spreekt van een eventuele samenwerking waar beide partijen hun voordeel mee kunnen doen. Volgens Ang wordt deze week verder gebrainstormd over de samenwerking die tot een "win-winsituatie" moet leiden.
"Het zijn aftastende gesprekken die later deze week hopelijk tot concrete afspraken leiden. Welke hulp heeft Suriname nodig en wat heeft Oostenrijk ons te bieden?"

Ang vertelt dat acht maanden geleden tijdens de wereldtop over klimaatbeheersing in Kopenhagen al contact is gelegd met de Oostenrijkers: "Oostenrijk beschikt zelf over relatief veel bossen en heeft de nodige ervaring met sustainable forest management. Ze willen die kennis graag met ons delen om zo credits op te bouwen en bij te dragen aan het reduceren van de CO2-uitstoot. Dat betekent dat ze ook in het bosbeheer in andere landen willen investeren."

De Oostenrijkse delegatie blijft tot zaterdag in Suriname en bezoekt de komende dagen nog verschillende andere departementen. Bij het ministerie van Arbeid Technologie en Milieu wordt van gedachten gewisseld over afvalverwerking. Ook een ontmoeting met vertegenwoordigers van het Centrum voor landbouwkundig onderzoek in Suriname (Celos) staat op het programma.