Somohardjo: Wij gaan niet rancuneus zijn tegen Moestadja

De voorzitter van Pertjajah Luhur (PL), Paul Somohardjo, wenst ex-ondervoorzitter Soewarto Moestadja veel succes toe met zijn nieuwe politieke carrière in de Nationale Democratische Partij (NDP). Zoals hij van te voren had aangegeven, zou Moestadja naar de paarse partij overlopen. "Ik betreur deze stap, want Moestadja heeft zijn verdienste gehad voor de partij. Wanneer wij de verkiezingen gewonnen hebben, zullen wij niet rancuneus zijn naar Moestadja toe", zegt Somohardjo aan Starnieuws.


Somohardjo zegt dat als Moestadja een functie krijgt, deze niet zonder meer teruggedraaid zal worden na 25 mei, wanneer de V7 regering komt. Hij heeft recht op een uitkering als ex-minister. Dat zal prompt worden uitbetaald. De ex-ministers Hendrik Setrowidjojo, partijraadsvoorzitter, en Raymond Sapoen, ondervoorzitter PL, worden niet uitbetaald. President Desi Bouterse heeft de resolutie nog niet getekend, ondanks hij tot tweemaal toe is aangeschreven. Dit is rancune volgens Somohardjo, want het is dertien maanden geleden dat de ministers zijn afgetreden.

"Hoewel Moestadja zegt dat hij met aanhang is overgestapt naar NDP, heeft alleen zijn broer zich afgeschreven uit de partij. Ook John Sahari, directeur van Centraal Bureau voor Burgerzaken is met Moestadja mee", zegt Somohardjo. Sahari had volgens de PL-voorzitter allang op zijn Facebook een foto van hem met Bouterse geplaatst. Sahari functioneerde allang niet meer binnen de PL. Somohardjo zegt dat Moestadja nu zich ook aangesloten heeft in de rij van overlopers.

"Moestadja wil altijd in de coalitie zijn. Kijk maar naar zijn geschiedenis. Hij heeft met mij in Nederland in het verzet gezeten tegen Bouterse. Toen werd hij KTPI, maar bleef in de regering zitten en werd superminister toen de partij uit de regering stapte. Hij richtte D21 op maar was kandidaat op de lijst van DNP van Jules Wijdenbosch. Ik wens hem veel succes toe, maar hij heeft geen enkele garantie dat NDP terugkeert in de regering, maar wij zullen niet rancuneus zijn", stelt Somohardjo.