OM: Afwijzing liefde geen reden tot plegen misdrijf

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft op de rechtszitting benadrukt dat afwijzing in de liefde geen psychische overmacht en geen reden tot het plegen van een feit is. De verdachte J.A. wordt verdacht van poging tot doodslag en zware mishandeling. De verdachte ging naar de werkplek van het slachtoffer en bracht haar enkele messteken toe. Het OM noemde het bewijs wettig en overtuigend en eiste een celstraf van twee jaar tegen de verdachte.

Het OM benadrukte dat de verdachte niet te maken had met een onweerstaanbare psychische druk toen het slachtoffer zijn liefde afwees. Raadsman Benito Pick voerde aan dat zijn cliënt het gevoel had dat het slachtoffer met zijn gevoelens speelde. Hierdoor raakte zijn gemoedstoestand verhit. Er was een liefdesrelatie tussen het slachtoffer en J.A. De verdachte stond onder enorme psychische druk en ging over tot het feit, zei Pick. De raadsman deed het verzoek om zijn cliënt te ontslaan van alle rechtsvervolging, omdat hij niet de intentie had het feit te plegen. Uit het psychologische rapport is gebleken dat de verdachte moeizaam slecht nieuws verwerkt.

De officier zei dat van de verdachte meer volwassenheid verwacht wordt. De officier voerde aan dat de moeder van het slachtoffer verklaard had dat haar dochter geen relatie met J.A. had. Zij had vernomen dat de verdachte verliefd was op het slachtoffer. Uit fotomateriaal is niets van een liefdesrelatie gebleken. Daarnaast zou het slachtoffer zich verzet hebben, maar liep toch ernstige letsels op. Op 13 mei zal de rechter vonnis vellen in deze zaak.