OM eist celstraf in brand Toemoek Hoemakstraat

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft op de rechtszitting donderdag een celstraf van een jaar en zes maanden geëist tegen Darvind E. en twee jaar tegen Debora A. De 18-jarige Darvind E. wordt ervan verdacht samen met Chequita L. en Debora A. op 10 januari brand aan de Toemoek Hoemakstraat te hebben gesticht. Zeven woningen op het complex werden verwoest. Voor uitlokking hoorde de verdachte Debora A. twee jaar tegen zich eisen met aftrek van de periode in voorarrest. Tegen Chequita L. is vrijspraak geëist, omdat haar bijdrage niet kon worden bewezen. Zij werd eerder voorlopig in vrijheid gesteld.

Officier van justitie, Astrid Niamat, geeft aan dat het bewijs van de brandstichting wettig en overtuigend is geleverd tegen Darvind E. en Debora A. Verder verklaarde zij dat uit het onderzoek duidelijk is gebleken dat Debora A. Darvind E. heeft benaderd om de daad te plegen. Hiervoor wordt Deborah A. uitlokking tot de brandstichting aangemerkt.
Advocaat Georgette Leter, die Darvind E. bijstaat, vroeg rechter Sieglien Wijnhard om acht te slaan op de jeugdige leeftijd van haar cliënt. Zij kwam tot de conclusie dat haar cliënt de middelen heeft gekregen van derden om het feit te plegen. Daarvoor heeft hij SRD 50 ontvangen. De advocaat vindt dat Darvind E. vanwege zijn jeugdige leeftijd, niet verder heeft nagedacht toen hij de opdracht kreeg.

Oneens
Ook de verdediger Teresa Petterson is niet eens met de eis van de officier tegen haar cliënt Deborah A. Zij voerde aan dat bij uitlokking het OM gelijkwaardige straffen moet eisen en voor medeplegen moet de medeverdachte een twee derde deel van de strafeis krijgen. Ook merkte de advocaat op dat haar cliënt vanaf het begin heeft ontkend enige betrokkenheid in deze zaak te hebben. Op die bewuste dag, toen het feit gepleegd werd, was zij niet ter plekke. De getuigen die gehoord zijn in de rechtszaal hebben allen aangegeven dat zij het verhaal over het plan van de brandstichting van Darvind E. gehoord hebben. Niemand heeft het zelf gehoord van Deborah A. Zij eiste vrijspraak voor haar cliënt in deze zaak.

Darvind E. verklaarde eerder dat hij in de eerste instantie door Chequita L. was benaderd om de ramen van één van de woningen op het complex in te slaan. Daarna moest hij hetzelfde doen bij een andere woning op hetzelfde complex. Ten slotte werd hij gebeld en moest hij deze keer de woning in brand steken.

Deborah A. nam hem mee naar de winkel en kocht de benodigde spullen, waaronder de terpentine. Ook kreeg hij een stok van haar en een doekje waarmee hij de brand kon stichten. Hij gooide de stok met vlammen via het raam naar binnen. Na deze handeling vertrok hij. Deze zaak zal op 2 oktober verder worden behandeld.

Letitia Pinas