Sapoen ziet meer mogelijkheden in uitvoerende macht

Raymond Sapoen (Volks Alliantie/Pertjajah Luhur) zegt dat hij niet had verwacht dat president Desi Bouterse hem zou kiezen om de scepter te zwaaien op het ministerie van Onderwijs & Volksontwikkeling. Sapoen is een van de negen personen die door de partijstructuren werd voorgedragen voor een ministerspost. “Ik ging er vanuit dat indien er een beroep op mij gedaan zou worden ik het in overweging zou nemen.” Sapoen had de ambitie om ooit op het bestuurlijk niveau het land te mogen dienen. “Minister worden behoort tot een van de opties”, zegt Sapoen.

“Dat ik minister word en mijn lidmaatschap van het parlement opgeef, is gebaseerd op een aantal overwegingen. Ten eerste is het een persoonlijk besluit en heeft het ook te maken met de performance van de partij in het geheel als coalitiepartner.Tegen die achtergrond heb ik die knoop doorgehakt. Ten tweede blijven we op het numerieke aantal van zes parlementairs in het parlement.

Toch durft Sapoen niet te stellen dat het ministerschap een grotere verantwoordelijkheid is dan dna-lidmaatschap. Volgens hem hebben beide hebben functies hun uitdagingen en verantwoordelijkheden. “Maar conform mijn aspiraties denk ik dat ik meer mogelijkheden heb bij de uitvoerende dan bij de wetgevende macht”, zegt Sapoen over zijn keus om de ministers portefeuille te aanvaarden.

Sapoen die over twee uren tot minister van Onderwijs en Volksontwikkeling wordt beëdigd, zegt dat hij voldoende kennis over het onderwijs gebeuren heeft. Hij was onderminister in het kabinet Wijdenbosch in 1996-2000.

(Sharon Crawford)