Plantage Katwijk wil subsidie van overheid

De eigenaren van Plantage Katwijk in Commewijne willen ondersteuning van de overheid. Dit is nodig om de plantage zoals vroeger weer tot bloei te brengen. Katwijk is de enige plantage in Suriname die nog koffie produceert. Districtscommissaris (dc) Ingrid Karta-Bink heeft zaterdag een bezoek gebracht aan de plantage, omdat de eigenaren haar hulp hebben ingeroepen.

De dc moet bemiddelen voor Katwijk die wordt gerund door de familie Nouh-Chaia. ''De plantage heeft tot nu toe het hoofd boven water gehouden door toerisme en landbouw. Maar er is een enorme behoefte aan drie tractoren en aan herstel van de infrastructuur'', zegt Karta-Bink in een reactie. Ze is onder de indruk van de plantage en vindt dat de historische waarde ervan niet verloren mag gaan. Er is een sluis die al tien jaren niet goed functioneert, waardoor de afvoer van overtollig water moeizaam verloopt. Volgens de dc kan moeiteloos aan dit probleem worden gewerkt. Ze zegt niet te weten waarom de sluis tien jaren terug is dichtgemaakt, maar is van plan om onderzoek te verrichten.

Via een advertentie 'Plantage Katwijk, waar heden en verleden elkaar ontmoeten', trachten de nabestaanden van de oprichter wat te verdienen uit de toerismesector. Vooral stagiaires trekken met de fiets naar de plaats toe. Op deze plantage worden er twee koffiesoorten verbouwd, de Robusta en Arobica. Hieruit wordt de trekkoffie gemaakt. Naast koffie worden er ook citrus en tuingewassen verbouwd. Door grote concurrentie daalde de export. De plantage heeft het tot nu toe moeten doen zonder steun van de overheid. Door de achteruitgang daalde ook het aantal arbeiders van 45 naar tien en samen moeten deze arbeiders 400 ha onderhouden. De familie die op de plantage nog achter is gebleven, tracht met man en macht de historische waarde te behouden en hoopt dat de overheid tegemoet kan komen. ''Ik zal alles eraan doen om de plantage niet te laten doodbloeden'', zegt Bink.

ASP