Tjin-A-Tsoi: Governor geeft tegenstrijdige informatie over IMF

Over dezelfde Artikel IV-missie van het Internationale Monetair Fonds (IMF) heeft de Centrale Bank van Suriname (CBvS) twee totaal verschillende berichten uitgegeven. Eentje met lofuitingen en het ander bericht met waarschuwingen. Dit onthult assembleelid Arthur Tjin-A-Tsoi (Nieuw Front/NPS). Het gaat om een missie die op 2 juli 2013 is uitgevoerd. Volgens het assembleelid dekt governor Gilmore Hoefdraad zich in.

“Je zou bijna kunnen zeggen dat het een beetje er op lijkt alsof Hoefdraad, geschrokken is van het lot dat minister Adelien Wijnerman is overkomen. Hij is zich aan het indekken voor een gedwongen of vrijwillig vroegtijdig vertrek. Want president Bouterse heeft al duidelijk gemaakt dat 'moni de!' en wie niet meewerkt om het uit te geven 'musu gwe!'.”

Tegenstrijdigheden
Op 18 oktober maakte de CBvS in een persbericht bekend dat het IMF op 30 september 2013 de recente macro-economische ontwikkelingen in Suriname heeft besproken. De moederbank gaat in het bericht uitgebreid in op de bevindingen en aanbevelingen van het IMF.
"Door de toonzetting en de context van het persbericht zou het publiek de indruk kunnen krijgen dat de berichtgeving betrekking heeft op een recent uitgevoerde missie van het IMF. Dat is echter niet zo, want het gaat in werkelijkheid om de Artikel IV-missie, die in juni 2013 is uitgevoerd. Aan het eind van die missie heeft het IMF op 2 juli 2013 de voorlopige conclusies gepubliceerd. Over die voorlopige conclusies meldde de Centrale Bank toen in een persbericht heel trots: 'IMF prijst Surinaams overheidsbeleid tijdens consultatiebezoek 2013'", stelt Tjin-A-Tsoi.

Van verschillende zijden is er toen reeds op gewezen dat de bank een verkeerde voorstelling van zaken gaf en ten onrechte voor governor Hoefdraad en de regering een pluim opeiste. Het assembleelid merkt op dat terwijl in het vorige persbericht de bank slechts oog had voor de lofuitingen, doet zij nu voorkomen alsof zij zich ernstig zorgen maakt over de waarschuwingen van het IMF.
“Het is uiterst merkwaardig dat onze monetaire autoriteit, die het bij uitstek moet hebben van het vertrouwen dat de gemeenschap in haar stelt, zich over één en dezelfde missie op twee zo van elkaar verschillende manieren uitlaat. Dat doet haar geloofwaardigheid beslist geen goed. Daar gelaten dat de bank ook nu weer een verkeerde voorstelling van zaken geeft", betoogt Tjin-A-Tsoi.

Gênant
Het assembleelid vindt het gênant om te zien hoe Hoefdraad ook nu weer angstvallig verzwijgt dat de nog relatief goede economische vooruitzichten van Suriname niet een verdienste van hem zijn. “Hij kan makkelijk roepen dat zijn standvastig macro-economisch beleid is beloond met vijf keer een upgrade in de twee achterliggende jaren, maar de werkelijkheid is volgens het IMF wel anders. Want als één van de belangrijkste conclusies meldt het IMF in de openingsstatement reeds dat Suriname’s macroeconomic performance has strengthened markedly over the past decade. Since 2000, stronger policies and buoyant commodity prices, supported by political stability, have helped improve macroeconomic performance, enabling Suriname to enjoy several recent upgrades from major ratings agencies.

Duidelijker kan het dus niet volgens Tjin-A-Tsoi: de recente upgrades van de ratingbureaus zijn het directe gevolg van het macro-economisch beleid dat vanaf 2000 door de regering-Venetiaan is gevoerd.” De groei die Suriname nu doormaakt komt volgens Tjin-A-Tsoi op het conto van investeringsbeslissingen, die door de regering-Venetiaan zijn genomen. “Vooral de bijdrage van Rosebel Goldmines, de investeringen in Staatsolie, de grote infrastructurele projecten die toen in uitvoering zijn genomen en het prudent financieel-monetair beleid, hebben een boost gegeven aan onze economie. En de lift-up hiervan is zo solide dat ondanks tegenvallers de groeivooruitzichten toch nog stabiel blijven. Dat is wat het IMF stronger policies noemt.”

Het assembleelid vindt het ook heel belangrijk dat de autoriteiten de uitdagingen, die de groeivooruitzichten bedreigen serieus nemen. “Niet voor niets waarschuwt het IMF dat at this juncture, with gold prices declining after a long upswing, the main challenges are to strengthen institutions and adjust policies to avoid the onset of a boom-bust cycle. De boodschap is duidelijk: met de dalende goudprijs is het zaak dat het beleid wordt aangepast om te voorkomen dat alles in elkaar klapt. De tering naar de nering zetten dus!”

Concreet geeft het IMF volgens Tjin A Tsoi de regering het volgende huiswerk: (1) bouw subsidies aan nutsbedrijven af; (2) verzeker op voorhand dat het nationaal zorgstelsel blijvend uit de lopende begroting kan worden betaald; (3) betracht voorzichtigheid om met geld uit een obligatielening in de gouddeals te participeren; (4) breng evenwicht op de valutamarkt; (5) voer een uitvoerbare BTW in; (6) zorg voor flexibiliteit op de arbeidsmarkt.
Tjin-A-Tsoi vindt het overigens opvallend dat het persbericht van de Bank, verpakt in veel woorden en lofuitingen de regering de les probeert te lezen, zonder hard te zeggen waar de aanbevelingen van het IMF op neerkomen.

U kunt de twee persberichten van CBvS over de IMF-missie hier downloaden.

CBvS_persbericht_18_oktober.pdf     CBvS_persbericht_9_juli.pdf