Genelva Krind maakt debuut in 'Hoe duur was de suiker'
22 Sep 2013, 11:00
foto
Genelva Krind


Woensdag gaat het Nederlands Filmfestival in Utrecht van start met de première van Hoe duur was de suiker, naar de gelijknamige bestseller van Cynthia McLeod. Genelva Krind, voormalig presentatrice van het Tien Minuten Jeugdjournaal, speelt een bijrol als slavin. Tijdens de opnames moest ze het Surinaamse karakter van de film bewaken.

Met de filmrol gaat een droom in vervulling voor Genelva (22). Al op haar middelbare schooltijd zat ze erover te fantaseren. Mocht ze ooit op het witte doek verschijnen, dan zou dat gebeuren in een film over het slavernijverleden.
Genelva’s belangstelling voor de slaventijd was al eerder gewekt. Rond haar dertiende vroeg ze haar moeder hoe ze eigenlijk aan haar voornaam kwam. Ze Bleek te zijn vernoemd naar een van de karakters uit Roots, de tv-serie uit de jaren ’70. Aansluitend bekeek ze alle afleveringen en werd volkomen van haar stuk gebracht. Korte tijd later las ze Hoe duur was de suiker. ‘Omdat iedereen in onze omgeving dat boek vroeg of laat in handen krijgt.’ Dat maakte zo mogelijk nog meer indruk. Ze wist van de slaventijd uit de geschiedenislessen op school. Maar nu werd het verteld vanuit verschillende perspectieven: ‘Realistisch, bijna tastbaar, alsof je er zelf deel van uitmaakt. Bovendien is het vooral ook een verhaal over Suriname, het land waar ik ben opgegroeid.’

Audities
In 2011 hoorde ze meteen dat regisseur Jean van de Velde en producent Paul Voorthuysen naar Paramaribo zouden komen voor research en locatiebezoek. Genelva werkte op dat moment voor het Tien Minuten Journaal en presenteerde er een item over. Zelf vermoedt ze dat ze op de redactie in de periode daarna gillend gek moeten zijn geworden van haar telefoontjes. Daar hadden ze namelijk geregeld contact met Nederlandse filmmakers en voortdurend informeerde Genelva naar de stand van zaken. Of de financiering al rond was. Wanneer ze met de audities begonnen.

Maar de producent had tijd nodig. Na verschillende trips naar Suriname werd besloten de film in Zuid-Afrika op te nemen. Voornaamste argumenten: het gebrek aan suikerplantages én aan geschikte vakmensen.

Zuid-Afrikaanse figuranten
Nadat Genelva voor haar studie naar Nederland was vertrokken deed ze haar eerste auditie ooit. De teksten kende ze eventueel ook achterstevoren; daar zou het niet aan liggen. Ze kozen haar als de slavin Maisa, een bijrol met flink wat speeltijd. Daarnaast vroeg de producer haar om het grootste deel van de draaiperiode van twee maanden mee te maken. Genelva moest mede het Surinaamse karakter van de film bewaken: ‘Omdat ik mijn hele schooltijd in Suriname heb gewoond. Vanwege de locatie zijn er geen audities in Suriname gedaan. Alle figuranten waren Zuid-Afrikanen.’

Er wordt veel Surinaams in de film gesproken. Ook door de Nederlands-Surinaamse acteurs. Die gebruiken in het dagelijks leven ook Surinaamse woordjes maar de uitspraak is toch anders dan de tongval in het land van herkomst. Ze kregen daarom een speciale training van Imanuelle Grives, de Surinaamse hoofdrolspeelster uit 'Alleen maar nette mensen'.
Voor de Zuid-Afrikaanse cast was het zelfs een compleet nieuwe taal. Vandaar dat Genelva ervoor moest zorgen dat ook hun Surinaams in orde was. ‘Geweldig klonk het niet, maar de stand van mond en lippen moet wel kloppen bij wat ze zeggen.’

Frambozen op de set
Daarnaast gaf ze op de set advies over aankleding en attributen. Een paar keer moest de setdresser op haar voorspraak iets aanpassen: ‘Decors en entourage waren tot in de kleinste details geregeld. We speelden in perfect nagebouwde plantershuizen. Maar dan zag ik ineens frambozen op een fruitschaal liggen. Die groeien helemaal niet in Suriname. Ook bestaat er een groot verschil tussen Europese en Surinaamse sinaasappels. Surinamers zien zoiets onmiddellijk.’

Genelva verwacht dat de film in Suriname een groots succes wordt. Al was het maar omdat het de eerste film is over de slavernij in Suriname. Er zal best kritiek komen op het gegeven dat de film is gemaakt door een Nederlandse ploeg, maar anders was de productie volgens haar nooit tot stand gekomen. Suriname is op filmgebied nog echt een ontwikkelingsland: ‘Eigenlijk is het boek heel Nederlands. Daarin staan twee blanke meisjes centraal. Je zou enorm je best moeten doen om er een Surinaamse film van te maken.’

Dat is wel iets om verder over te fantaseren. Wie weet krijgt ze ooit de kans om zelf achter de camera te kruipen. Het verfilmen van 'Elisabeth de vrije negerin', een andere roman van McCleod, lijkt haar wel wat: ‘Of een speelfilm over Bouterse. Wie weet sta ik dan achter de camera. Het zou in elk geval prachtig zijn als er straks een Surinaamse generatie film- en documentairemakers opstaat. Bijvoorbeeld om te laten zien hoe kinderen in Suriname in het leven staan.’

Diederik Samwel
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May