Ingezonden: Bouw het Huisvestingsplan niet op zand
08 Nov 2012, 06:00
foto


Ook na drie vergaderingen in DNA is het duidelijk - voor de coalitiepartijen in mindere mat - dat de tekst van het Huisvestingsplan (HVP) gewijzigd en aangevuld dient te worden. De regering kon in eerste termijn niet veel meer inhoudelijke informatie geven en liet zelfs vragen onbeantwoord. Duidelijk is dat de coalitiepartijen en de regering, op wat kleine correcties en aanvullingen na, geen wijzigingen willen aanbrengen in het plan. Voor zover er enig begrip is getoond voor het ontbreken van actuele kwantitatieve gegevens, wil men die pas na aanname plan onderzoeken.

Huisvesting is een zaak die eenieder aanspreekt en waarover veel kan worden gezegd. En dat gebeurt ook in de DNA. Hierdoor verdwijnen belangrijke zaken in de woordenbrij. De belangrijke zaken bij een plan zijn de doelstelling, een gedegen analyse vooraf, een goede organisatie, het aangeven van het nieuwe beleid, de strategie/planning en de (macro)economische/financiële aspecten. Ook belangrijk in dit geval is het fysiek spoor oftewel het noodplan. Dat wordt inclusief vastgesteld zonder dat er daarvoor een plan is uitgewerkt en aangeboden. Het ware beter geweest dat vooraf aan het HVP een beleidsnotitie was geweest, zodat het een degelijke ondergrond had gehad.

Het plan globaal bekeken op bovengenoemde aspecten
Doelstelling en visie zijn oké. Daarover geen meningsverschillen. Uit een opsomming van de beleidsvoornemens van de vorige regeringen blijkt dat.
De analyse: De achtergrondinformatie in hoofdstuk I is geen weergave van de status quo met een stukje geschiedenis, maar meer een aanzet tot wat er zal gebeuren in het nieuwe beleid.

De daarbij behorende analyse beperkt zich tot de opsomming van enkele knelpunten, zonder kwantitatieve onderbouwing. De specifieke knelpunten worden onderbouwd met aannames, zelfs speculaties (zie leegstand). Het valt niet op omdat het vaak de algemene opvattingen zijn van het grote publiek. In dit hoofdstuk dient de basis te zitten voor nieuw beleid, dat vooral in de strategie en uitvoering wordt uitgewerkt. Het geheel wordt bovendien vanuit een overheidsvisie (van ambtenaren en politici) belicht. Het zijn vooral individuen, ook uit de lagere inkomensgroepen, die in de loop der jaren op eigen kracht zich van huisvesting hebben voorzien. Wat kunnen wij juist van hen leren?

Over de organisatie is heel weinig gesproken. Wat verandert er in vergelijking met de vorige/huidige situatie? Want dat er veel fout is, vooral organisatorisch en in de uitvoering, gegaan moge duidelijk zijn (zie knelpunten). Om te beginnen is het niet duidelijk waarom zo een groot en ingewikkeld probleem, waar grote geldstromen mee gemoeid gaan, niet aan een nieuw op te richten ministerie wordt opgehangen. Is dat overwogen?

Transparant en controleerbaar
Bij dat ministerie dient ook Ruimtelijke ordening voor wonen, werken en recreëren worden opgehangen. Ook stadsherstel voor instandhouding van het gebouwde en opnieuw ingebruikneming van verwaarloosde percelen en gebieden waar alle voorzieningen al aanwezig zijn. Milieu aan dit ministerie toevoegen geeft een complete cover van veel beleidsgebieden waardoor een HAS niet nodig is.

Er bestaat overigens al een interdepartementale werkgroep huisvesting die het werk wat de HAS gaat doen behoort te doen. De HAS gaat er nu o.a. als instituut van afstemming tussen de ministeries zitten. Met het nieuwe ministerie is alles op ministerieel niveau geregeld; transparant en controleerbaar.

Het Min van SoZaVo houdt zich dan, wat huisvesting betreft, alleen bezig met het toekennen van individuele huursubsidie en het geven van een bewijs voor het verkrijgen van noodopvang in verband met een calamiteit.
SoZaVo moet vooral geen huizen gaan bouwen en beheren. Ook niet voor de havenots. Dat wordt nu al 60 jaar gedaan, samen met SVS. Het resultaat is bekend. SoZa en Arbeid (zonder Milieu en Technologische ontwikkelingen) dienen te worden samen gevoegd.

Nieuwe inzichten
Het nieuwe beleid is het resultaat van de nieuwe inzichten op de visie over huisvesting. Theoretisch (de faciliterende overheid, de nieuwe omgeving van de uitvoering, het “uit de box” denken, de rol van de DNA, etc.), maar ook qua organisatie, financiering, etc. De oplossingen (geclusterd) zijn vooral gerelateerd aan de vooraf geconstateerde knelpunten en de analyse daarvan. Het moet geen wensenpakket worden, maar een globale richting geven van de nieuwe opzet.

De strategie: Hoe realiseer je dat doel op plan en operationeel niveau. Hier moeten de middelen worden ingezet en een tijdspad worden uitgestippeld. In hoofdstuk II.2 wordt helemaal niet over strategieën geschreven. Wel over neveneffecten, over het verleden, het nut van een eigen woning, de behoefte aan huurwoningen, de ambities (onleesbaar) en een draagvlak waarnaar nog gezocht moet worden. Geen middelen en geen tijdspad, ook niet globaal.

NGO's betrekken bij noodplan
Bij aanname van het HVP wordt ook een noodplan/fysieke spoor aangenomen. Dat spoor zal operationeel zijn gedurende drie jaren (tot alle wetten zijn aangenomen en instituties zijn opgezet). Het gaat over duizenden woningen waarvoor geen enkel (uitvoerings)plan voorgelegd is aan de DNA! Waarom worden de NGO’s niet nu, per convenant, betrokken bij het noodplan. Als pilot om al werkende in de uitvoering de nieuwe wetten te maken.

Hoofdstuk II.3 Bestuur etc. van het HVP gaat alleen over de HAS zonder bestuurlijke inbedding en over relevante wetgeving. Bij organisatie hierboven wordt een breder bestuurlijke scope weer gegeven met een alternatief.

Grote risico's
Hoofdstuk II.4 beperkt zich tot enge financiële en economische aspecten en een opsomming van financieringsmogelijkheden. Hoe zit dat macro-economisch? Er zal een bedrag ter grootte van het BNP in vijf jaren in de economie worden gepompt, op basis van 100% leningen en hypotheken aan vooral lagere inkomensgroepen. Met een rentepercentage vastgesteld voor 30 jaar! Een consumptieve aanwending van de leningen in economische zin. Dat geeft inflatie. Bovendien lopen de hypotheekgevers en de staat grote risico’s. Denk aan de kredietcrises in 2008 het rijke Amerika. De eerste slachtoffers waren de hypotheekgevers vooral voor de lagere inkomensgroepen.

Wie treedt als garant op als er iets mis gaat in de economie de komende 10 a 20 jaar en/of met de individuen? Wat zeggen de CBvS en de financiële instituten hierover? Normaal stijgt de waarde van woningen, maar alleen bij goed onderhoud, ook van wijken/buurten.

Er ligt hier een kans om een plan met brede ondersteuning te maken. Trek daar zes maanden voor uit. Schakel op verschillende beleidsgebieden deskundigen in. De winst zal groter zijn dan nu met kadaverdiscipline de zaak doordrukken. Dat zal in de uitvoering van het HVP negatief doorwerken.

Bouw niet op zand.

Hugo Jessurun
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May