Landbouwcoöperaties zijn sleutel tot voeden wereld

Er is herhaaldelijk gezegd dat wij de middelen hebben om honger en ondervoeding te elimineren. Wat nodig is, is de oprichting van een stimulerende omgeving die het mogelijk maakt voor kleine producenten om optimaal gebruik te maken van de beschikbare mogelijkheden. Jose Graziano da Silva, directeur-generaal van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO), zegt in zijn boodschap vandaag op Wereldvoedseldag, dat sterke coöperaties en telersverenigingen een essentieel onderdeel zijn van deze gunstige omgeving.

Het thema voor dit jaar is Landbouwcoöperaties: de sleutel tot het voeden van de wereld. Er is gekozen voor dit thema om de vele, concrete manieren te benadrukken waarop landbouwcoöperaties en telersverenigingen helpen voorzien in de voedselzekerheid, werkgelegenheid en ze mensen tillen uit de armoede. Voor de FAO en haar partners zijn landbouwcoöperaties natuurlijke bondgenoten in de strijd tegen honger en extreme armoede. De Verenigde Naties heeft hun belang ook erkend in de 'verklaring van 2012 als het Internationaal Jaar van coöperaties’, zegt Da Silva.

Hij wijst erop dat miljoenen kleine producenten in de drie decennia van dalende nationale investeringen in de landbouw en de officiële ontwikkelingshulp, moeite hebben om te reageren en om te gaan met de variabiliteit en crises in het klimaat, de markten en prijzen. Sinds de voedselcrisis van 2007-2008 hebben veel landen hun inzet voor de uitroeiing van de honger in de wereld en het verbeteren van levensonderhoud hernieuwd. “Maar in sommige gevallen lopen concrete politieke, programma’s en financiële steun achter op verbale verplichtingen.”

Potentieel niet benut
De kans dat de voedselprijspieken van 2007-2008 een weg uit de armoede voor de kleine producenten zou kunnen betekenen, is niet gerealiseerd. “Elke dag worden kleine producenten over de hele wereld geconfronteerd met beperkingen die voorkomen dat ze de vruchten plukken van hun arbeid en bijdragen aan de voedselzekerheid niet alleen voor zichzelf, maar voor iedereen door actieve deelname aan markten.” Slechte infrastructuur en beperkte toegang tot diensten en informatie, productieve activa en markten, alsook een slechte vertegenwoordiging in besluitvormingsprocessen, betekenen dat dit potentieel niet wordt benut.

Uit onderzoek blijkt dat deze sterke coöperaties en producentenorganisaties in staat zijn om deze beperkingen te overwinnen en de negatieve effecten van voedsel en andere crises te verminderen. “Sterke producentenorganisaties hebben bijgedragen een leegte te vullen. Zij kunnen markt- en beleidsmatige beperkingen overwinnen door hun leden toegang te verlenen tot een scala van middelen en diensten. Zo kunnen zij de kosten verlagen voor landbouwers door hen in staat te stellen in groepen in te kopen en daardoor te profiteren van betere verkoopprijzen van agrarische grondstoffen.” De FAO-topman voegt er aan toe: “Zij maken het mogelijk dat hun leden over hun zorgen en belangen kunnen praten - en een rol kunnen spelen in de besluitvormings- en beleidsvormingsprocessen.”

Hij wijst erop dat de FAO regeringen van de lidstaten ondersteunt in het helpen gedijen van coöperaties en producentenorganisaties door adequaat beleid en wettelijke kaders te ontwikkelen, door economische stimuleringsmaatregelen, en forums voor dialoog over beleidsvorming. Daarnaast genereert de FAO bewijs, kennis en goede praktijken die ondersteuning bieden aan de opkomst van meer onafhankelijke, veelomvattende, gender-rechtvaardige en marktgeoriënteerde producentenorganisaties en coöperaties.