De rechtszaak tegen Jha-Rule H., Joel F. en Elsafan S. werd gisteren voortgezet. Zij staan terecht voor doodslag, gezamenlijk en in vereniging. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste afzonderlijk tien jaar gevangenisstraf voor Jha-Rule H. en Joel F., terwijl Elsafan S. volgens het OM geen strafbare rol had en vrijspraak kreeg.

De verdachten zouden op 29 augustus 2023 betrokken zijn geweest bij een gevecht tussen twee groepen jongens, waarbij het slachtoffer, Jamuel W., door twee messteken om het leven kwam. De ruzie ontstond naar aanleiding van een fiets die een dag eerder van het slachtoffer was afgepakt middels bedreiging, waarna een woordenwisseling escaleerde tot een gevecht.

Advocaat Arjan Ramlakhan, die Joel F. bijstaat, benadrukte in zijn pleidooi dat niet kan worden bewezen dat Joel het slachtoffer daadwerkelijk heeft gestoken. Jha-Rule H. bekende bij de politie de steekpartij, maar kon zich niet herinneren hoeveel keer hij het slachtoffer had gestoken. Joel verklaarde een houwer, die tijdens het gevecht van de tegenpartij was gevallen, te hebben opgepakt en weggegooid. Getuigen verklaarden echter dat beide verdachten steek- en kapbewegingen richting het slachtoffer maakten.

Volgens Ramlakhan blijkt uit het obductierapport dat het slachtoffer door twee messteken om het leven is gekomen. Hij stelde dat er geen sprake is van doodslag zoals omschreven in artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht, maar van deelname aan een aanval of vechterij die de dood tot gevolg heeft, zoals geregeld in artikel 366. Dit artikel is een speciale regeling die in dit geval volgens de advocaat van toepassing is. Omdat het OM artikel 366 niet in de tenlastelegging heeft opgenomen, verzocht Ramlakhan de rechter om zijn cliënt vrij te spreken.

Op 14 januari zullen het OM en de verdediging hun tweede beurt houden, waarna rechter Maureen Dayala uitspraak zal doen.