Iran: Khamenei noemt vergiftiging meisjes 'onvergeeflijk'

De hoogste leider van Iran zei maandag dat het vergiftigen van schoolmeisjes een "onvergeeflijke" misdaad is die met de dood moet worden gestraft indien opzettelijk, meldde de staatstelevisie. De verklaring komt te midden van publieke woede over een golf van vermoedelijke aanvallen op scholen.

Volgens staatsmedia en functionarissen zijn sinds november meer dan 1.000 meisjes vergiftigd, waarbij sommige politici religieuze groepen de schuld geven die tegen onderwijs voor meisjes zijn.

De vergiftigingen komen op een kritiek moment voor de Iraanse geestelijken na maanden van protesten sinds de dood van een jonge vrouw die door de politie werd vastgehouden wegens het overtreden van de hijabregels.

"De autoriteiten moeten de kwestie van de vergiftiging van scholieren serieus aanpakken", zei ayatollah Ali Khamenei tegen de staatstelevisie. "Als wordt bewezen dat het opzettelijk is, moeten de daders van deze onvergeeflijke misdaad worden veroordeeld tot de doodstraf."

De vergiftigingen begonnen in november in de heilige sjiitische moslimstad Qom en verspreidden zich naar 25 van de 31 provincies van Iran, wat sommige ouders ertoe aanzette hun kinderen van school te halen en te protesteren.

Autoriteiten hebben de "vijanden" van de Islamitische Republiek ervan beschuldigd de aanslagen te gebruiken om het kerkelijk establishment te ondermijnen. Maar verdenkingen zijn gevallen bij hardline-groepen die opereren als zelfverklaarde bewakers van hun interpretatie van de islam.

'Meisjes betalen de prijs'
In 2014 gingen mensen de straat op in de stad Isfahan na een golf van zuuraanvallen, die gericht leken te zijn op het terroriseren van vrouwen die de strikte islamitische kledingvoorschriften schonden.

Voor het eerst sinds de Islamitische Revolutie in 1979 hebben schoolmeisjes zich aangesloten bij de protesten die uitbraken na de dood van Mahsa Amini in politiehechtenis.

Sommige activisten zeggen dat de vergiftigingen uit wraak plaatsvinden.

"Nu betalen de meisjes van Iran de prijs voor hun strijd tegen de verplichte hijab (sluier) en zijn ze vergiftigd door het kerkelijke establishment", twitterde de in New York gevestigde vooraanstaande Iraanse activist Masih Alinejad.

Uit angst voor nieuwe impulsen voor protesten hebben de autoriteiten de vergiftigingen gebagatelliseerd. Er is een gerechtelijk onderzoek aan de gang, hoewel er nog geen details over de bevindingen zijn gegeven.

Ook in de stad Boroujerd is minstens één jongensschool het doelwit, meldden staatsmedia.