Is de Ontslagwet 2018 van toepassing op elke werknemer?
15 Feb 2023, 13:52
foto


In de laatste editie van het Surinaams Juristen Blad 2022 is een annotatie verschenen van mr. Glenn Piroe (hierna: ‘annotator’) over een merkwaardig vonnis van de kortgedingrechter gewezen op 10 december 2020, bekend onder A.R. No. 20-2768 (L.S.D. ca. de Staat Suriname en X N.V.). Ondergetekende zal de annotatie bespreken en zijn eigen visie weergeven met aansluiting bij de rechtspraak van de Hoge Raad der Nederlanden. Zorgvuldigheidshalve zijn persoonsgegevens van partijen geanonimiseerd.

Waar gaat de casus over?
De eiser tevens werknemer heeft een buitenland als woonplaats en bezit de Nederlandse nationaliteit. De werknemer sluit een arbeidsovereenkomst met X N.V. tevens werkgever. De werkgever vraagt op enig moment een ontslagvergunning aan bij de Ontslagcommissie, verkrijgt die en zegt gebruik makende van die vergunning de dienstbetrekking op binnen twee jaar na aanvang van de dienstbetrekking. De werknemer vordert opschorting c.q. schorsing van de ontslagvergunning en opschorting van het besluit van de werkgever tot beëindiging van de dienstbetrekking totdat de bodemrechter over de nietigheid van het ontslagbesluit van de werkgever heeft beslist.

Internationaal arbeidsrechtelijke verhouding en Ontslagwet 2018
Vanwege de standplaats overeengekomen in de arbeidsovereenkomst (Paramaribo) gaat de kantonrechter ervan uit dat de plaats waar ‘normaliter’ arbeid wordt verricht Suriname is en derhalve dat het Surinaams ontslagrecht van toepassing is op de beëindiging van de dienstbetrekking met de eiser. De rechter gaf echter het voorlopig oordeel dat de Ontslagwet 2018 – een deel van het ontslagrecht en de ontslagwetgeving – niet van toepassing is op deze internationaal arbeidsrechtelijke verhouding.

Het lijkt alsof de rechter in zijn oordeel zich heeft laten leiden door de omstandigheid dat de Ontslagwet 2018 ‘semi-publiekrechtelijk’ van aard is, maar gaat inhoudelijk daarop niet in. De rechter laat zich wel in zijn oordeel duidelijker leiden door zijn uitgangspunt dat de Ontslagwet 2018 slechts ‘ziet op de bescherming van de Surinaamse arbeidsmarkt’. De kantonrechter gaat kennelijk ervan uit dat nu de werknemer ‘in een buitenland zijn woonplaats heeft en dus op die buitenlandse arbeidsmarkt vrijkomt’ er geen sprake is van bescherming van de Surinaamse arbeidsmarkt en de Ontslagwet 2018 derhalve niet van toepassing is.

Met het niet vrijkomen op de Surinaamse arbeidsmarkt doelt de rechter kennelijk op de omstandigheid dat in geval van een ontslag, betrokken werknemers verhuizen naar een ander land althans dat ze dat relatief gemakkelijker zullen kunnen doen. Doordat de rechter tot het voorlopig oordeel kwam dat de Ontslagwet 2018 niet van toepassing is, kan de vordering van de werknemer niet worden toegewezen.

De annotator zegt
Dat indien in deze internationaal arbeidsrechtelijke verhoudingen de Ontslagwet 2018 niet van toepassing is, dan vult de rechter artikel 1 lid 2 of artikel 4 van de Ontslagwet 2018 aan. Dat zou kunnen betekenen dat de minister c.q. de Ontslagcommissie, vanaf het definitief oordeel kracht van gewijsde krijgt, geen jurisdictie heeft over werknemers die op een buitenlandse arbeidsmarkt vrijkomen en derhalve een ontslagvergunningsaanvraag niet hoeft te ontvangen of indien het ontslagrecht de commissie noopt om de aanvraag te behandelen, vergunning te verlenen op basis van de rechterlijke uitspraak, eventueel ‘voor zover nodig’. Voorts zou deze vaststelling de wetgever kunnen nopen om de Ontslagwet 2018 te wijzigen.

Commentaar van ondergetekende
De voorloper van de Ontslagwet 2018, het Ontslagdecreet had een (cumulatief) tweeledig karakter, te weten: bescherming van werknemers EN het behoud van arbeidsplaatsen. Voorts is het primaire uitgangspunt van de Ontslagwet 2018 de bescherming van de werknemer tegen ongerechtvaardigd ontslag. Dat een werknemer niet vrijkomt op de Surinaamse arbeidsmarkt is mijns inziens onvoldoende. De Ontslagwet 2018 is duidelijk in die zin dat het toepassingsbereik expliciet is geregeld in artikel 1. In artikel 1 noch in enige andere wettelijke bepaling is bepaald dat de wet niet van toepassing is op de kenmerkelijke rechtsverhouding zoals hierboven weergegeven.

De Ontslagwet 2018 is alleen op ambtenaren niet van toepassing. Het voorlopige oordeel van de kortgedingrechter kwalificeert als een uitbreiding van het toepassingsbereik van de wet. Voormelde bevoegdheid tot uitbreiding van het toepassingsbereik van de Ontslagwet 2018 komt slechts toe aan de Surinaamse wetgever. De Hoge Raad heeft in een soortgelijke zaak (NUON PERSONEELSBEHEER B.V. ca X, ECLI:NL:HR:2012:BU8512) in r.o. 3.4.4 overwogen dat “uitgaande van het belang van werknemer bij de ontslagbescherming die de ont-slagbepalingen hem bieden, beslissend geacht dat zijn aldus gekenmerkte situatie zich onvoldoende on-derscheidt van die van andere werknemers die werkzaam zijn in Nederland en die zonder meer die ont-slagbescherming genieten”.

Het Hof van Justitie in Suriname zal hierover een principiële uitspraak moeten doen.

Gerrold E.R. Adipoera
Redactielid van het Surinaams Juristen Blad (redactie.sjb@gmail.com)
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May