C-47 blijft aandringen op terugdraaien stroomtarieven

De vakcentrale C-47 blijft bij de regering aandringen om de nieuwe verhoging van de energietarieven aan te houden of terug te draaien. Vakbondsleiders Robby Berenstein en Dyanand Dwarka stellen dat de verhogingen helemaal niet nodig zijn. Zij beroepen zich op het rapport van Ernst & Young waarin is aangetoond wat er mis is bij de Energie Bedrijven Suriname (EBS) en hoe het staatsbedrijf gezond, sterk en winstgevend gemaakt kan worden. Het rapport is overigens gevalideerd door het EBS crisisteam. Maar de overheid kiest tegen de afspraken met het maatschappelijk middenveld in - om eerst EBS efficiënt maken - toch ervoor om de tarieven verder te verhogen.

C-47 heeft donderdag op een persconferentie de regering wederom opgeroepen om af te zien van de nieuwe verhogingen. Dwarka geeft aan dat al jaren de regering wordt duidelijk gemaakt dat EBS beter moet functioneren. “Sinds jaar en dag weet eenieder in het land dat er sprake is van enorme verspilling van middelen, materieel en capaciteit en dat er sprake is van inefficiëntie en corruptie in het bedrijf.” De vakbondsleider merkt op dat de eerste verhogingen en afbouwen van subsidie, een noodzaak was om het bedrijf gezond te maken. Maar het schijnt dat sommige situaties ongewijzigd zijn gebleven, zoals het rapport van Ernst & Young, die het bedrijf heeft doorgelicht, heeft vastgesteld in haar rapport.

Het rapport toont tal van misstanden op financieel, bestuurlijk en materieel vlak. Zo blijkt dat jaarverslagen vanaf 2019 tot 2021 niet zijn afgerond, dat ronduit geweigerd is geworden door verantwoordelijken om bepaalde data te overhandigen en wat beschikbaar was, was onbetrouwbaar. Er is daardoor onduidelijkheid over onder andere de inkomsten van EBS, waarom het niet aan bepaalde betaalverplichtingen voldoet of wat de juiste stroomtarieven horen te zijn.  

Er is aangetoond dat EBS voor 20 procent goedkoper, machines en onderdelen zou kunnen aanschaffen als zij rechtstreeks zaken zou doen met de producenten in plaats van tussenbedrijven. Brandstof die het nodig heeft voor het opwekken van stroom, kan ook 20 procent goedkoper betrokken worden. Ook het materiaal om stroom te distribueren kan goedkoper aangeschaft worden. Aanschaf van gas (Ogane) kan ook 20 procent voordeliger. Energie inkopen van de stuwdam en van de Staatsolie Power Company Suriname, kan ook heel veel goedkoper. Ernst & Young stelt dat hierdoor ruim US$ 85 miljoen (SRD 1.8 miljard) bespaard kan worden.

Enkele aanbevelingen zijn het vervangen van bepaalde kopstukken, herzien van de contracten met Staatsolie over de levering van stroom en brandstof en het organiseren van een energietop om de juiste tarieven te bepalen. Het rapport is gevalideerd door het EBS crisisteam. Het team ziet in het rapport een goede basis voor herstel. Berenstein deelt mee dat unaniem met de regering was afgesproken dat pas als het rapport wordt uitgevoerd, men tot “eventuele” verhogingen van energietarieven zou overgaan.

Berenstein en Dwarka benadrukken dat EBS eerst gezond gemaakt moet worden. “Want anders is het dweilen met de kraan open,” merkt Berenstein op. “Je voert die tarieven door, maar de ongezonde situatie blijft. Dan krijg je verhoging op verhoging. Want als je de verspilling niet aanpakt en de verhogingen doorvoert, dan is dat dweilen met de kraan open.”

De maat is vol, prijzen van goederen en diensten zijn al hoog, geven de vakbondsleiders aan. Berenstein deelt mee dat sinds de eerste verhogingen zijn doorgevoerd, er met moeite overeenstemmingen zijn bereikt tussen arbeiders en werkgevers over loonaanpassingen. De prijzen vliegen nog steeds de pan uit. “En nu moeten we weer om de tafel?”, merkt hij geïrriteerd op. “Dus deze verhoging kunnen we absoluut niet accepteren. Want het is een ’booster’ voor verdere prijsverhogingen.”